Eigenlijk speelt de volledige roman zich af in de praktijk van Alex' psycholoog Dr. Spielvogel, die nauwgezet zijn relaas volgt over zijn vaders constipatie en zijn moeders karikaturale overbezorgdheid, en zijn seksuele ontluiking en groeiende afkeer van religie als tiener. Portnoy neemt geen blad voor de mond. Zijn lange monoloog, waarin hij niet zelden fulmineert tegen alles wat hem niet aanstaat, is vaker wel dan niet een ware lust om te lezen, grappig en treffend als de passages wel eens durven zijn.
Centraal in de roman staat de strijd tussen Alex' seksuele driften en zijn aangeleerde ethische impulsen. Deze 'klacht' wordt al in het begin van het boek gedefinieerd in de stijl van het woordenboek. Op een gegeven moment vraagt Portnoy Dr. Spielvogel om zijn libido te bevrijden van taboe's en conventies, tegen eender welke prijs. Alexander Portnoy lijdt. En dat heeft zijn gevolgen.
Een van de meest kleurrijke anekdotes is het relaas van een trip naar Rome, waar hij een hoer betaalt om met hem en zijn vriendin Mary Jane, een topmodel dat hij The Monkey noemt, naar bed te gaan. Wanneer Mary Jane hem op reis in Athene vraagt om te trouwen of ze springt uit het raam, verlaat hij haar. De complete mismatch van Alex en The Monkey is grappig en intrigerend - een joodse intellectueel en een hillbilly meisje - en met name de erotische passage waarin ze samen Yeats' gedicht 'Leda and the Swan' ontleden, is een van de hoogtepunten van de roman.
Zijn innerlijke strijd met de vraag of hij deze blonde stoot, die er volgens hem als een hoer uitziet en dat wellicht in een duister verleden ook was, graag ziet en graag zou moeten zien, krijgt een nogal aparte dimensie in de hel, met de rabbi die Portnoys bar mitzvah deed als duivel. In zijn eigen private hades is Portnoy zelf geketend aan een wc-pot, zodat hij zich ad infinitum kan suf rukken. Verder loopt hij nog enkele blauwtjes, het ene al pijnlijker dan het andere. Op het einde van de roman reist hij naar Israël af, waar hij wordt gedwongen in een spiegel te kijken.
Het werk toont een zweem van originaliteit die destijds erg vernieuwend moet zijn geweest, maar bij momenten krijg je als lezer de drang om de verongelijkte Portnoy - een dertiger wanneer hij zijn relaas doet aan Dr. Spielvogel - te vragen om een andere plaat op te zetten. Zijn uithalen naar domme Amerikaanse goyim, joodse stijfkoppen en godsdienst in het algemeen verliezen naar het einde van het boek toe wat van hun vernuft, al blijven Portnoy's capriolen met de vrouwen die zijn levenspad kruisen voor grimmig entertainment zorgen.
Portnoy's Complaint is een must-read voor fans van Philip Roth omdat het zijn bekendste werk is. Het is een best waanzinnige trip doorheen Portnoys psyche, die ons een indruk geeft van het jood-zijn in de V.S. in het midden van de vorige eeuw; een roman die, wat structuur, stijl en woordenschat betreft, wild afwijkt van het gros van de romans uit eind jaren zestig; een roman die durft, die ons af en toe in lachen doet uitbarsten. Maar of het ook zijn beste - of meest memorabele - werk is? In elk geval is het relaas van een man die, gekneed door nature en nurture, zijn weg maar niet vindt in het leven aandoenlijk, zij het bij momenten angstaanjagend. In 1969 kwam er een nieuwe literaire stem boven drijven, die pas onlangs genoodzaakt werd te zwijgen. Gelukkig hebben we zijn indrukwekkende oeuvre nog.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten