Hongarije/Kroatië, deel 2: Živjeli!
Twee uur later gaat mijn wekker en even later loop ik verdwaasd naar Keleti. In een louche danscafé koop ik een meeneemkoffie maar in mijn haast vergeet ik eten te kopen. De trein naar Zagreb is nog niet vertrokken of de honger knaagt al een gat in mijn maag, en rail service is hier onbestaande, en de reis duurt een eeuwigheid. Andere toeristen in mijn wagon zijn al druk in de weer met hun ontbijt en kauwen, smakken en schranzen erop los, terwijl ik Tantalus zeven uur lang op mijn kin mag kloppen en bijna over mijn nek ga door de geur van Aziatisch eten dat een groepje vrouwen verkiest om op het onzalige uur van 5u30 te verorberen. De zon komt op boven mistige velden en kondigt een mooie herfstdag aan. Het Kroatische lost het Hongaarse landschap af wanneer we de grillige grens aan de Drau oversteken.
Ik stap uit in Zagreb, de bruisende hoofdstad van Kroatië, aan de Sava. Meteen valt mijn blik op het gele kunstpaviljoen van Tomislavov trg en de torens van de kathedraal. Ik passeer enkele parken en paleizen, en klim naar de bovenstad, meer bepaald de historische wijk Kaptol. Een van de twee neogotische torens van de 105 meter hoge laatromaanse kathedraal hangt vol steigers maar dat verpest allerminst de pittoreske typisch Centraal-Europese sfeer die op het plein hangt. Vijf massieve versterkingstorens en enkele gouden beelden maken het plaatje compleet. Ik bezoek kort de kathedraal en de Sint-Franciscuskerk en loop de wirwar van gezellige straatjes van de binnenstad in.
Een van de vele bars is Tolkien's House, in alle opzichten heel erg 'hobbit' ingericht. Zelfs de barman is een halve hobbit. Midden op de bedrijvige en ontzettend gezellige Dolacmarkt prijkt het standbeeld van de volkse entertainer Kerempuh. De 14e-eeuwse Mariakerk is meteen herkenbaar door haar prachtige goud-groene toren die het enkele eeuwen later kreeg. De vele drukke straatjes en trapjes met oude huisjes en paleizen in de wijken Kaptol en Gradec zorgen voor een aangename wandeling in hartje Zagreb. Daar zit het extreem goede weer ook voor iets tussen. Niets wereldschokkends echter. Zagreb bezoeken is het kleine eren. Het is geen Wenen, Boedapest of Dubrovnik. Bij momenten doet het stadje wat aan Tallinn denken. De zwaar aanbeden Maria in de stenen stadspoort roept dan weer herinneringen aan Vilnius op. Er staan zelfs kerkstoelen waar mensen bidden alsof hun leven ervan afhangt. Op Markov trg trekt de werkelijk schitterende Sint-Marcuskerk alle aandacht. De kleurrijke dakpannen vormen twee gigantische wapenschilden, die van Zagreb en die van Kroatië. Verder zitten het barokke paleis van de ban en het parlement aan weerzijden van het plein, de uitvoerende macht aan de ene, de wetgevende aan de andere kant. Mijn late lunch van typisch Kroatische geroosterde eend is bijna het eerste wat ik vandaag eet.
Onder Gradec loopt een lange tunnel uit de Tweede Wereldoorlog, de Gričtunnel. Een interactieve tijdelijke tentoonstelling leidt me doorheen de 20e eeuw in Kroatië. Dit is een van de meest geschifte plekken waar ik ooit ben geweest! Oude radio's en naaimachines brengen me een eeuw terug in de tijd. Je kan visuele elektriciteit opwekken op de wand van de tunnel door middel van een menselijke ketting. Er is een simulatie van Tesla's megafoon die zo'n afschuwelijk schel en oorverdovend lawaai maakt dat ik denk dat er voorgoed iets in me is gebroken. Een jaren vijftig feestje is nagebouwd, swingmuziek, toog en al. Dan is er een krankzinnige regensimulator: je neemt een paraplu en wandelt door nepregen terwijl hologrammen uit de Belle Epoque je van op de tunnelwand aanstaren. Eh... wat? Aan het eind van de tunnel kan je toekomstvisies op de muur projecteren. Ik ga voor: Alles is kubisme. Wat een hoogst originele en zelfs compleet out of the box belevenis! Dé manier om Kroatië te ontdekken, en dat op een plek van zo'n historische waarde. Niet te missen, je amuseert je rot.
Nog origineler is het Museum van de Gebroken Relaties. De meest uiteenlopende voorwerpen vertellen elk hun eigen verhaal over een break-up, met getuigenissen van over de hele wereld - vaak grappig, meestal erg meeslepend en pijnlijk herkenbaar. Lichtjes therapeutisch effect. Aan de rand van Gradec heb ik een goed zicht over de moderne benedenstad en de kerken van Kaptol. Ik ben al lang gezwicht voor deze stad. Het mondaine leven speelt zich natuurlijk beneden af. De drukte liegt er niet om dat dit een hoofdstad is. Ik bezoek enkele cafés. En nog een paar.
Vroeg op. (Hoe doe ik dat toch?) Vandaag ga ik op uitstap naar een nationaal park ten zuiden van Zagreb. De Plitvicemeren zijn een absolute must bij een bezoek aan dit land. Ik bereik het druk bezochte Plitvička Jezera met een tourbus. In totaal gaat het om maar liefst 16 meren, die op verschillende hoogtes liggen (een hoogteverschil van 130 meter!) en via watervallen in elkaar overvloeien, en zo het landschap voortdurend herscheppen. Onderweg zien we verschillende huizen met heel wat kogelgaten in de muren. Onze Tunesische gids vertelt dat de Kroaten niet graag over de oorlog praten. Ze willen gewoon verder met hun leven. De mooie streek rond Karlovac telt vier rivieren, die regelmatig de straten blank zetten, en de president doet er ondanks haar verkiezingsbeloftes niets aan.
Onze eerste stop is Rastoke. Het geheel van watervallen en houten huisjes is erg pittoresk. De bossen dragen hun bonte herfstmantels, het is rijden door een impressionistisch schilderij. Samen met een koppel uit Singapore wandel ik door het prachtige nationale park. De Oostenrijkers gaan met de gids mee. We genieten van de Viliki Slap, de grootste waterval van Kroatië, en de vele kleine watervalletjes die eraan ontspringen, alles van een onwaarschijnlijke schoonheid. In het heldere water zwemmen vele vissen. Beren zien we niet. We volgen de rivier Korana, via het 'geitenmeer', waar we een ferry nemen naar de overkant. Zo bereiken we de bovenmeren. Het verschil tussen de kleuren van de kreken en meertjes is zeer mooi en heeft met algen te maken. Houten bruggetjes leiden ons steeds hoger, boven en naast watervalletjes. Hoe idyllisch kan het allemaal nog worden? Op de terugweg naar Zagreb zetten we vollen bak Arabische reggae op. 's Avonds degusteer ik enkele rakijes, waaronder de maraschino met kersensmaak, waar Baudelaire en Hemingway verzot op waren. Voor de maag is er traditionele kaas, truffels en pompoen. Heerlijk rijk aan smaak.
Na een goede nachtrust kuier ik voor het laatst door Zagreb. De botanische tuin komt nog aan bod, en verder de vele knappe paleizen in de museumwijk. Voor het schitterende theatergebouw vind ik De Levensboom, een beeld van Ivan Meštrović. Op naar Zadar, hoofdstad van Noord-Dalmatië. Deze parel aan de Adriatische Zee was de speelbal van zowat alle grote spelers in de Europese geschiedenis, van de Romeinen tot de Fransen en de Oostenrijkers en dit heeft sporen nagelaten. Zeventig jaar geleden werd dit deel van het land tot gruis gebombardeerd door de geallieerden, waarna het in 1947 bij Joegoslavië werd gevoegd en de Italiaanse bewoners eruit werden getrapt. Poluotok, de oude ommuurde stad, ligt op een schiereiland, dat ik via een stadspoort bereik, versierd met een Venetiaanse leeuw.
Ik volg de stadsmuren naar een zonnig plein met vijf waterputten, een oude toren en een Romeinse zuil. Het charmante stadje telt heel wat bezienswaardige romaanse kerken en Venetiaanse paleizen en loggia's. In het café St. Lovre kan je genieten van een biertje of een koffie tussen de ruïnes van een oude romaanse kerk. Kwestie van twee passies te combineren. Het antieke forum was waar de Romeinse hoofdwegen decumanus en cardo elkaar kruisten. Het plein is bezaaid met zijn ruïnes en wordt gedomineerd door de rijzige campanile van de kathedraal en de preromaanse Donatuskerk. Ik waan me aan de overkant van de Adriatische Zee. Bella bella. Een handvol andere kerken in verschillende stijlen en maten, en de nabijgelegen zee maken het plaatje compleet. Heerlijk om hier in de zon rond te slenteren, terwijl je je ogen de kost geeft en je oren zich vullen met krijsende meeuwen.
Ik bezoek de Donatuskerk, die opvalt door haar ronde vorm. Iets voorbij het forum heb ik zicht op vier kerktorens tegelijk. Erg mooi. Het is de weg naar het Franciscanenklooster, met de oudste gotische kerk van Dalmatië. Barok kerkinterieur met mooie altaren. Schitterende religieuze kunstwerken. Erg vriendelijke geestelijken. De sacristie is van historisch belang: hier werd het verdrag van Zadar ondertekend, dat besliste dat de Venetianen voortaan hun handen van de oostkust moesten af houden. In de kloostergang maken een bruidspaar en hun fotografen te veel kabaal. Ze worden verzocht in stilte foto's te nemen. Wanneer ik buiten wandel, bereiken de klanken van het zeeorgel mijn oren. Niemand anders dan de wind bespeelt dit fascinerende instrument. In de verte, aan de overkant van het Kanaal van Zadar, liggen enkele van de beroemde eilanden van Kroatië. Heerlijke vakantiesfeer op de dijk.
Een uur later kleurt de zonsondergang de grillige horizon die de eilanden vormen zalmroze. Het heeft iets buitenaards, zeker in combinatie met de vreemde orgelklanken. Een kleurinstallatie zorgt voor een betoverend extraatje waar de toeristen wild van worden. Ik bol uit in de charmante wijk Varoš. Kroatisch bier, Italiaanse keuken. Zeer cool is de nachtclub Ledana, een park bovenop de stadsmuur wordt op ingenieuze wijze met felle kleuren verlicht, de bomen, stukken muur, het water in fonteintjes. Unieke plek! Een Kroatische leert mij en een Letse toeriste enkele nieuwe plaatselijke sterke drankjes kennen. Ja wadde, Živjeli!
Na een vorstelijk ontbijt neem ik de bus naar Šibenik, een onder Tito welvarend stadje, tot haar aluminiumfabrieken tijdens de burgeroorlog door het Joegoslavische leger worden platgebombardeerd. Dankzij uitvinder Nikola Tesla was Šibenik de eerste Europese stad die wisselstroom gebruikte. De stad is beroemd omwille van haar kathedraal, die ergens het midden houdt tussen gotiek en renaissance. Al van ver zie je de stad met haar kathedraal en kastelen liggen, in een op zich al sublieme omgeving van beboste eilandbulten in de zee. De kathedraal pronkt met een schitterend portaal, roosvenster, koepel, en 71 gebeeldhouwde mensenhoofden, naast nog eens verschillende honden- en leeuwenkoppen. Aan de andere kant van het plein zit een sierlijke loggia uit 1533. Ik klim hoger het stadje in, door smalle straatjes en zweet me al gauw te pletter. Gelukkig kan ik in een middeleeuwse kloostertuin verkoeling zoeken.
Na het voorgerecht volgt het hoofdgerecht: Split! De stadskern ligt in de ruïnes van het paleis van Diocletanius, een doolhof van steegjes en huisjes, want het gebouw was in de loop van de eeuwen een wijk op zich geworden. Zodra je deze unieke plek binnenstapt, begin je aan een intrigerende reis door de tijd. Het eclectische complex is een orgie van steegjes, gangen, zuilen, bogen, beelden, poorten, cafés, winkels en zelfs kleinere paleizen. Er is zelfs een Egyptische sfinx van 35000 jaar oud. Te midden van dit alles zit de romaanse Sveti Dujamkathedraal, omringd door antieke zuilen. Ook de knappe klokkentoren zelf is met zuilen versierd. Bijzonder rijke kerkschat met ook enkele menselijke beenderen uit de 4e en de 12e eeuw. Het interieur van de kathedraal zelf is overvloedig gedecoreerd en bevat het mausoleum van de keizer. Een erg smalle trap brengt me tot bovenin de toren. Het is eigenlijk te warm voor deze fratsen maar het 360° panorama is meer dan de moeite. Wat een ligging ook! Ik ontmoet er de Poolse Aga, die op duikvakantie is met Britse vrienden. Er is ook nog een van de kleinste Romeinse tempels ter wereld te bezichtigen, ter ere van Jupiter. Aan de ingang waakt een onthoofde sfinx. Nu is het een doopkapel ter ere van Johannes de Doper, met een beeld door Meštrović.
Ook buiten het paleis weet Split me te bekoren, met haar vele gezellige pleinen, wuivende palmbomen op de zeedijk, Italiaanse knipoogjes (ik waan me meer dan eens in Venetië). In de Marmontova spot ik een opmerkelijk beeld van een reuzenhand die van op zo'n 5 meter hoogte een forse straal lichtgevend water in een cartooneske trechter mikt. Net buiten de gouden poort staat een kolossaal beeld van Grgur Ninski, ook door Meštrović. Ik wrijf over de gulden teen want dat is exact waar ik wat geluk kan gebruiken. Verder vind je hier heel wat overblijfselen van de Benedictuskerk. Ik eet bij schemering op het Narodni trg, samen met Aga en haar Engelse vrienden. Een claustrofobisch steegje leidt naar Charlie's Backpackers Bar, waar ik enkele Amerikaanse dames ontmoet die maandenlang in Europa rondtrekken, plus nog een tiental andere nationaliteiten. De sfeer is alcoholisch.
Maandagmorgen. Laatste volledige dag. Deze dag dreigt nog warmer te worden dan de dag voordien. Ik zoek de koelte op in de ondergrondse vertrekken van Diocletanius' paleis die gek genoeg zo goed zijn geconserveerd omdat de inwoners er eeuwenlang hun afval in gooiden via gaten in de grond. De zon brandt genadeloos op kalende hoofden en ontblootte schouders. Split, u was een welkome omweg. Bus terug richting Zadar. Om vandaag niet énkel te reizen en te luieren hou ik halt in het middeleeuwse Trogir, dat als piepklein eilandje in het Trogirskikanaal mooi ligt te wezen. Oude paleizen, kerken, kloosters, loggia's, maar het pronkstuk is de romaanse Laurentiuskathedraal met een prachtig gedetailleerd portaal rijk aan beelden.
Best avontuurlijk is de klim naar de top van de mooie klokkentoren, maar het panorama is om in te lijsten. Je ziet de hele stad, de heuvels maar vooral overal helderblauw water. In het zuiden liggen enkele kloosters en het Kamerlengokasteel. Ik verlaat dit paradijsje per bus en geef m'n ogen een paar uur lang de kost. Het zicht op de vele eilanden is puur genieten. De avond valt wanneer ik Zadar weer bereik. Volgens Hitchcock is de zonsondergang van Zadar de mooiste. Hij had gelijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten