Eind mei vond de laatste editie van Ballonnenvrees van het seizoen plaats, de afsluiter van misschien wel het drukste Ballonnenvrees-seizoen ooit. In het Mechelse Café Het Maanlicht kregen we Frederik De Cock over de vloer, met zijn behoudsgezinde gedichten en handige tips, puttend uit een haast encyclopedische poëtica en een onnavolgbare verbeelding. Hij las onder meer 'Dooraderd', 'Ode aan de Meersen', 'Op de tocht', 'De beer in de mand' en 'Essentiële verplaatsing', over de coronamaatregelen, voor. En wij genoten van zijn unieke metaforen waar onze aandacht af en toe aan bleef haken. Actrice en theatermaker Marthe Schneider dichtte over zatte zaterdagen waarop woorden te kort schieten, droeg een gedicht op aan haar ouders, en had zelfs een gedicht bij dat ze onderweg naar Mechelen op de trein had geschreven. We kregen dus de ruwe versie en dat die er al best mocht zijn, is een understatement. Opgroeien en drinken waren de twee rode draden in haar set, en eigenlijk ook in haar oeuvre. Haar gedichten waren ontroerend en trefzeker.
Vanessa Daniëls liet de woorden vloeien en stromen in meeslepende watergedichten. Het ijslandschap waarin wolven rondwaarden, was maar één van de vele vertes waarin ze ons meenam. Ze bracht haar gewéldige 'Impostersyndroom', haar drieluik 'Nest', en verder 'Wie is het?', een plezante inventaris van alle mogelijk gezelschapsspelletjes. Ze liet het publiek tellen hoeveel ze er in haar tekst had verwerkt. Gert Vanlerberghe bracht 'Aura' en 'Ceci n'est pas un couteau', een eerbetoon aan Salman Rushdie, die enige tijd terug het slachtoffer was van een mislukte aanslag op zijn leven. Omdat Anamaria Varga er niet kon bij zijn, had ze hem gevraagd haar generatiegedicht te brengen. Zo vond ook deze vurige, woedende, revolterende tekst z'n plek deze avond.
Jürgen Nakielski weet zijn publiek altijd te vermaken, zo niet met zijn gedichten, dan wel met bindteksten waar geen einde aan lijkt te komen en die meer gelach oogsten dan menig stand-up comedian. Hij had gedichten over verliefd worden bij, en die gingen van - naar eigen zeggen - klef tot bloedmooi. Zo was hij op de lagere school verliefd op Michael Jackson, omdat hij dacht dat dat een vrouw was. We kregen ook de klassieker 'We hadden onze namen nog' en een verhaaltje over waar het licht van de koelkast naartoe gaat. Op de open mic was er Marzena Lesińska, met smakelijke lustmetaforen en de tekst 'Things I'll Never Forget', over confessies. Gust Peeters droeg een gedicht op aan Lennaert Nijgh en Boudewijn de Groot. Ekster Alven nodigde ons uit een duik te nemen in zijn taalzwembad. "Ik verdween in je vlindergewelf als een witte walm" is maar één van de vele machtige zinnen uit zijn set. Allez nog eentje: "De zon gaat onder in narcose." René van Densen had zijn gedicht 'Nu eigenlijk' en een limerick bij. Een fijne afsluiter van een geweldig avondje woord in Mechelen, en ook van een jaargang Ballonnenvrees om heel blij van te worden.
In het najaar zijn we er terug met maandelijks op de laatste donderdag een editie in Het Maanlicht, en ook met zo goed als maandelijks een editie in Antwerpen. Alvast welkom en geniet van de zomer!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten