Αθήνα, part 1...
Another Athens shall arise,
And to remoter time
Bequeath, like sunset to the skies,
The splendor of its prime;
And leave, if naught so bright may live,
All earth can take or Heaven can give.
And to remoter time
Bequeath, like sunset to the skies,
The splendor of its prime;
And leave, if naught so bright may live,
All earth can take or Heaven can give.
(Percy Bysshe Shelley, "A New World")
Elk Atheens avontuur zou op Syntagma moeten beginnen. Ik heb er met Helena - hoe Grieks - afgesproken. Tien seconden op dit zeer gezellige plein en ik herken haar al. Wat een toeval. Ze wacht nog op haar vriendin Alexandra. Het is haast niet te geloven dat het op dit plein was dat Dimitris Christoulas zich minder dan een jaar geleden een kogel door het hoofd schoot en dat betoging na betoging hardhandig door de politie in de kiem wordt gesmoord. Het neoclassicistische parlementsgebouw tekent zich streng en indrukwekkend boven het plein af. Aan de overkant van de straat paradeert de eregarde van de Evzonenwachters voor het Graf van de Onbekende Soldaat.Wanneer Alexandra aan de fontein arriveert, gaan we het gebouw van Public Multi Stores binnen, helemaal naar de drukke maar sfeervolle bar bovenin. We zetten ons op het terras en hebben een magnifiek zicht op het Plein van de Grondwet. Daar zit ik dan met twee 19-jarige Griekse vrouwen die erg op de hoogte zijn van de politieke en economische toestanden in Europa, de V.S. en het Midden-Oosten. We praten over al wat er mis gaat in Griekenland. Het loon van de Grieken - als ze nog het geluk hebben om hun job te hebben behouden - is tot 1/4 herleid, de besparingen zijn vernietigend, de crisis desastreus. We hebben het over de hypocriete Griekse politici, die geen deals met Zwitserland, Rusland en Japan kunnen sluiten, of ze worden door de CIA vervolgd. Sommige politici die de boel om zeep hebben geholpen, zijn ook gewoon plots verdwenen. Het domme volk stemt op uitersten. Zo is er natuurlijk de extreem-rechtse en gewelddadige partij Gouden Dageraad. We praten nog over het IMF, de banken, ja zelfs over mogelijke vrijmetselaarsloges die de wereld in de gaten houden. Deze meiden, en vooral Helena, zijn erg goed geïnformeerd. Plots horen we veel lawaai beneden. Een vreedzame Koerdische betoging begeeft zich naar het Syntagmaplein. Het wordt koud en we gaan binnen zitten, waar de discussie verder gaat. Die duurt bijna drie uur, waarna we de bar verlaten en ik de sleutel van een appartement in de Goudiwijk krijg.
Ik kuier nog wat door Athene, mijn eerste kennismaking! Eerst passeer ik langs het Hard Rock Café, waarna ik nog een wandeling in het nachtelijke Plaka maak. Ik wandel willekeurig door de wirwar van steegjes, trapjes en pleintjes, door de motregen. Het historische centrum van Athene is een pittoreske aaneenschakeling van souvenirswinkels, bars en terrasjes, waar bijna geen enkele auto is te bespeuren. Voor ik het weet, heb ik de Acropolis al half beklommen. De zijmuur is mooi verlicht, maar het wereldberoemde Parthenon laat zich nog niet zien. Ik draai me om en sta even versteld bij het zicht op de rotspiramide Lykavittos, die als een donkere onweerswolk, een Doemberg, een Etna boven de Griekse huizenzee uit torent. Ook deze rots zal ik beklimmen. Niet morgen, maar overmorgen. Vanavond zit er enkel nog een korte wandeling op terug naar het centrale plein, en dan met het openbaar vervoer naar Goudi. Op de bus geraak ik aan de praat met een jonge Griek die zijn gal spuwt over hoe de media en de overheid één pot nat zijn en hoe jongeren studeren maar geen werk vinden. Het zijn bikkelharde tijden voor dit ooit zo machtige land, de uitvinders van de democratie, de pioniers van de Westerse filosofie en cultuur. Het eens zo sterke Griekenland is een speelbal geworden van Europa en de V.S. En het is het volk dat daarvoor moet boeten. De verantwoordelijke politici en bankiers hebben het zinkende schip al lang verlaten.
Mijn eerste volledige dag in Athene begin ik in de Nationale Tuin, naast het parlement. Aanhoudende regen maakt de wandeling in de met mooie Zuid-Europese planten versierde tuin een kletsnatte ervaring. Vandaag zal ik de voornaamste Griekse en Romeinse ruïnes bezoeken. Eerst moet ik weer door de gezellige en toeristische Plakabuurt. Ik herken enkele plekjes van de avond voordien. Afdakjes bieden me slechts tijdelijke beschutting tegen de regen maar de plekjes worden wel dankbaar gebruikt door daklozen, die worden gewekt door de ochtendmis die door luidsprekers schalt. Op het Mitropoleosplein staat de Mitropolis, de belangrijkste kerk van Athene en tevens bisschopskerk, bijna integraal aan verbouwingswerken overgeleverd. In het kapelletje ernaast woon ik kort een orthodoxe mis bij. Een opmerkelijke ervaring. Met zijn lange witte baard heeft de priester iets van een profeet uit bijbelse tijden. Verder nu richting Acropolis. Ik passeer het mooie Ekaterinikerkje omgeven door Dorische zuilen en andere restanten en het opmerkelijke Lysikratesmonument. Niet ver van het Eteriasplein stuit ik op een bekende kledingzaak. Dimitris Tsounatos, de oprichter van Remember is kunstenaar, dichter en designer en heeft alternatieve kledij ontworpen die zelfs door The Scorpions werd gedragen. De enthousiaste verkoper laat me enkele coole ontwerpen zien en ik blader in enkele fotoalbums die tonen dat beroemde sterren deze winkel hebben bezocht: Iron Maiden, Motörhead, Pearl Jam, Nick Cave, Vaya Con Dios... Buiten het winkeltje, in de gietende regen, toont hij me nog enkele kunstwerken van de hand van Dimitris.Vanaf het gezellige Agorasplein doemen de Griekse en Romeinse monumenten op. Zo zijn er naast een imposante moskee de ruïnes van de Bibliotheek van Hadrianus en de opvallende achthoekige Toren van de Winden. Hier beginnen de uitgestrekte velden vol antieke monumenten en hopen veredeld puin. Tussen de zuilen en brokstukken spelen zwerfhonden 'reisje rond de wereld'. Een van de tamme maar los lopende honden eet zelfs gras. Van hier heb ik een mooi zicht op de Acropolis, al kan ik het Parthenon nog steeds niet zien. De restanten van de Romeinse agora ademen een eeuwenoude trots uit. Ooit was dit een levendige ontmoetingsplaats, nu een etalage van vergane glorie. Cipressen en palmbomen maken het plaatje compleet. Dit alles doet me erg sterk aan de forums van Rome denken.
Ik ga verder en heb een mooi zicht op de nimfenheuvel, die ik in de late namiddag zal beklimmen. In een verbindingstraatje tussen de twee agoraruïnes is er een klein museum gewijd aan nationale trots Melina Mercouri, een zangeres, actrice en feministische politica uit de vorige eeuw. Op een scherm zie ik een video die taferelen uit haar leven afwisselt met een interview. De antieke Agora iets verder is adembenemend. Aan het schattige Apostolikerkje kan je de site betreden. Hier vind je enkele zeer belangrijke overblijfselen uit de Griekse Oudheid. Tempels, odeons, beelden, zuilen, altaars, huizen, steenwegen. Het terrein herbergt een fantastische collectie. Opmerkelijk is de tempel die gewijd was aan de godensmid Hephaistos. Het is de best bewaarde antieke tempel van Griekenland. Alle Dorische zuilen staan nog overeind. Het is een machtige tempel die meteen respect afdwingt.
De originele Stoa van Attalos bestaat niet meer, maar midden 20e eeuw werd wel een interessante kopie uit de grond gestampt, op de oorspronkelijke plek. Het imposante bouwwerk telt enorm veel zuilen en herbergt een museum boordevol knappe beeldhouwwerken - waaronder treffende borstbeelden - en de typische Griekse versierde vazen en maskers, beeldjes kleinoden. Scherven van vazen, waarin namen zijn gekrast, tonen het gebruik van ostracisme aan, je zou het schervendemocratie kunnen noemen. De politicus met de meeste scherven 'op zijn naam' kon zijn boeltje pakken. Scherven brengen dus niet altijd geluk.
Dit museum was nog maar een voorsmaakje. Het Acropolismuseum zal me pas echt met verstomming slaan. Maar nu is het hoog tijd dat ik dat beroemde plateau eens beklim. Het erg pittoreske steegje Odos Mnisikleous, met z'n populaire bars, brengt me de helling op. Zo beland ik in de opmerkelijke wijk Anafiotika, waar onnoemelijke kleine huisjes, dito kerkjes en schattige tuintjes langs een wit-blauw kronkelpad op me afkomen. Van in deze door straatkatten ingepalmde heuvelwijk, dat bijna een apart dorpje lijkt, is het zicht op de Lykavittos en de verre heuvels en bergen, erg mooi.
Iets verder bereik ik de zuidelijke helling van de Acropolis, die met verscheidene overblijfselen is bezaaid. De twee meest verbluffende zijn het Theater van Diosynus en het nog vrij intacte Odeon van Herodes Atticus. De trappen en weggetjes langsheen de archaïsche heiligdommen, fonteinen, stoa's, muren, theaters en tempels worden druk door toeristen en zwerfhonden bezocht. Verschillende trapjes leiden recht naar de drie wereldberoemde tempels: het petieterige Nike-tempeltje, het Erechtheion - met de bekende caryatiden, al zijn de huidige versies reconstructies - en natuurlijk het bekendste en meest tot de verbeelding sprekende monument van heel Griekenland: het ontzagwekkende Parthenon, zwaar in restauratie want de tempel verkeerd in niet zo'n goede staat. De versieringen die je nog steeds kan bewonderen zijn verbluffend. Al die details! Hoe heerlijk is het om op deze door de wind geteisterde tempelrots rond te hangen, en m'n ogen de kost te geven aan de beroemde, imposante monumenten en het uiteraard schitterende uitzicht over de hoofdstad en de verre omgeving. Vooral het theater en het odeon op de zuidelijke helling zijn zeer de moeite van op deze hoogte.
Na de Acropolis beklim ik nog de rots Areopagos, van waarop het zicht op de tempels bijzonder mooi is. De heuvelrug leidt me naar de autoluwe Apostolou Pavlou, een populaire wandelboulevard dat de wijken Thisio en Makrygianni met elkaar in verbinding brengt. Ik lunch in de Thisiowijk en volg daarna de straat tot aan het spiksplinternieuwe, hypermoderne Acropolismuseum, dat bovenop belangrijke opgravingswerken is gebouwd, als een vreemdsoortig ruimteschip, en de belangrijke kunstschatten die op de populaire heuvel werden gevonden, tentoonstelt. De verzameling is verbluffend. Het prettige is dat je als bezoeker tussen de vele beeldhouwwerken en Griekse vazen kan wandelen. De originele, door de tijd verminkte caryatiden van het Erechtheion staan er tegenover gigantische beelden van monsters, dieren, goden, halfgoden, helden, giganten, ga zo maar door. Zo is er een enorm beeld van een leeuwin - met manen weliswaar maar ook met onmiskenbare vrouwelijke tepels - die zich op een kalf stort. Een ander beeld toont dan weer de vergoddelijking van Herakles. Als een dolenthousiaste John Keats glijd ik van het ene beeld naar het andere. De Griekse cultuur, bakermat van die van het Westen, was een rijke cultuur, met voortreffelijke smaak. Op de bovenste verdieping wordt met de oorspronkelijke beelden - die vooral taferelen uit de Trojaanse Oorlog voorstellen - een simulatie van de fries van het Parthenon weergegeven. Het resultaat is bijzonder knap. Dit museum is zijn prijs meer dan waard.
Na al dat moois neem ik de metro naar Kerameikos. Ik volg de weg langs de voormalige gasfabriek, met vier monumentale schoorstenen, en bereik de archeologische site, achter de Agia Triada. De zon begint er eindelijk door te komen en de antieke overblijfselen schitteren in het herwonnen zonlicht. Ik passeer twee sobere synagogen en een holocaustmonument en stap Thisio weer binnen, deze keer vanuit het noorden. Aan de voetgangerstraat Ilia Poulopoulou en tegenover het metrostation liggen nat geregende hoopjes kleren her en der verspreid. Verschillende behoeftigen kijken of ze niets kunnen gebruiken. Ik volg weer de Apostolou Pavlou en sla rechtsaf naar de zeer mooie rood-wit gestreepte kerk Agia Marina. Een trap leidt me de nimfenheuvel op. Achter een grote telescoop is het puur genieten van een prachtig uitzicht over Athene, dat door de zon in een gouden antieke stad wordt getoverd. Ik ga op een steen zitten en blijf kijken naar de Acropolis, naar de Lykavittos, en weer terug. Dan sta ik op en vervolg ik m'n weg over de groene heuvel, tot aan de Pnyx, waar vroeger volksvergaderingen werden gehouden. Het zicht dat ik hier heb steekt dat van daarnet naar de kroon. Achter de Pnyx leiden stenen paadjes verder en verder de beboste heuvels in, langs verschillende antieke monumenten. Voorbij het merkwaardige kerkje van Dimitrios Loumbardiaris ligt het theater van Philopappos, dat helaas al is gesloten. Dan geniet ik maar van het spektakel van de zon, die laag aan de horizon staat en de havenstad Piraeus in lichterlaaie zet.
Ik daal af naar de Apostolou Pavlou en volg die tot in Thisio. De bars van de uitgaanssteeg Iraklidon zitten al bomvol. Het wordt donker. Jongeren drinken ouzo en wijn aan veel te kleine ronde tafeltjes, verwarmd door gloeiende kachels. Televisieschermen geven voetbal. James Woon galmt door de boxen. Aan de gasfabriek in de Gazibuurt sla ik een gezellig weggetje in dat me weer naar het metrostation brengt. Een 'dubbeldekfiets' haalt me in. Speciaal. Een bulldog rent op me af, een oranje balletje achterna. Ik heb enkel oog voor de verlichte tempels op de Acropolis. Magnifiek. Ik neem de metro naar Monastiraki en spreek er af met de Griekse dames Emma en Maro. Ze brengen me langs de spectaculair verlichte agora's naar de Odos Mnisikleous, dat gezellige trapsteegje dat naar Anafiotika leidt. We zetten ons op een druk bevolkt terrasje, naast een zwervershond, en drinken stomende chocomelk. Gezellig uitrusten en keuvelen na een zeer drukke toeristische dag.
Maandagmorgen. Te midden van de gezellige ochtenddrukte van het Omoniaplein koop ik een cappucino. De Grieken drinken warmen dranken uit een rietje en volg dan maar hun voorbeeld. Op het door duiven ingepalmde, Italiaans aandoende Platia Kotzias, tegenover het stadhuis, ga ik in de zon zitten. Duiven baden in de fontein, oudjes slenteren alle kanten uit, klaar voor een nieuwe dag. Een aangenaam plein in een wat armoedige maar karakteristieke buurt. Naast het stadhuis staat het bescheiden monument voor de laatste drachme, de vorige munteenheid van Griekenland. Iets verder in de Athinasstraat stuit ik op de Kentriki Agora, te midden van drukke kraampjes. De markthallen vormen een ware vleestempel, waarin tientallen slagers in witte, besmeurde jassen om het luidst roepen, tussen opgehangen karkassen van kippen, konijnen, lammetjes, druipend van het bloed, en regelmatig hun slagersmes neerploffen in een grote homp vlees. De geur van dode dieren doordringt je neusgaten en vullen je maag met ofwel honger ofwel walging. Een nachtmerrie voor de vegetariërs onder ons, want vlees pleegt hier een aanslag op elke zintuig. Ironisch genoeg is vandaag de enige dag op m'n reis dat ik zonder vlees doorkom. Ik zal na donderdag wel meer aandacht aan Dagen Zonder Vlees spenderen. De Emborikabuurt is heel gezellig, iedereen is druk in de weer! Er is wel een keerzijde. Voor de dolle pret die carnavalswinkels uitstralen, smeken bedelaars met kinderen op de schoot om een beetje geld. In het stenen Kyriakikerkje observeer ik hoe een handvol oudere mensen hun orthodoxe geloof belijden. Ze branden een kaarsje en doen hun ronde langs de rijkelijk versierde wanden. Bij bijna elk heilige plaatje maken ze driemaal een kruisteken, prevelen ze enkele woorden, waarbij de afbeeldingen vaak zelfs worden gekust. Aandoenlijk om te zien. In de grotere Agios Theodori doe ik hetzelfde. Eerst moet ik weer voorbij de carnavalswinkel. De man met het kind knikt me dankbaar toe wanneer ik hem iets toestop. In de Odos Evripidou ligt een man op een stenen bank, zijn mond half bedekt met een sigaret. Vele voorbijgangers blijven even kijken. Mijn hart slaat een slag over wanneer ik na tien seconden nog geen teken van leven zie. Een zachte beweging van de onderlip stelt mij en andere omstaanders gerust en we zetten onze weg verder. Verschillende pleinen en straten in de 19e- en 20e-eeuwse wijk Kolonaki brengen me steeds dichter bij het hoogtepunt van mijn dag: de rots Lykavittos.
In de El. Venizeloustraat biedt de tuin achter Heinrich Schliemanns muzenhuis me een oase van rust in het gezelschap van sfinxen, nu ja, straatkatten eigenlijk. Deze archeoloog liet de poort van zijn palazzo versieren met lieflijke sfinxen en swastika's. En laat ik over dat laatste geen enkele flauwe toespeling horen. Iets verder staat de Atheense kathedraal. Schitterend en vertrouwd katholiek interieur. Verderop ligt een van de mooiste pleinen van Athene: het neoclassicistische Pl. K. Palamak. De universiteit, academie en bibliotheek doen sterk aan de Acropolistempels denken. Plato en Socrates bewaken de ingang van de academie. Pallas Athena torent van op haar zuil boven het plein uit. Honden zoeken schaduw onder palmbomen en sinaasappelbomen. De graffiti op de muren van de academie waarschuwt ervoor dat fascisme geen oplossing voor de uitwassen van het kapitalistische systeem kan bieden. Rode letters roepen op tot solidariteit met de migranten. Een viool biedt troost tegen deze harde tijden. Achter de Ionische zuilen van het fraaie universiteitsgebouw laat ik m'n ogen langs de kleurrijke schilderingen glijden. Uilen, sfinxen en griffioenen bevolken de daken. Minstens honderd duiven verzamelen zich op een plek van 5m2 voor een beetje voedsel en stuiven daarna uit elkaar als ballen aan het begin van een biljartspel. Bloedmooie Griekse modellen poseren in klassieke Griekse gewaden op de met griffioenen versierde bibliotheekstrappen. Een brassband zet een vrolijk, bombastisch lied in. Ik ga even de bib vanbinnen bewonderen. Daarna verlaat ik het plein in de richting van de Lykavittos, dat als een onafwendbare lotsbestemming hangt voor het theaterplein, waar duiven onder wuivende palmbomen hun hygiëne verzorgen in de fontein.
Enkele blokken verder biedt de sublieme Agios Dionysios een prentenboek aan fresco's. Hier kan je uren langs de bonte bijbelse taferelen, marmeren zuilen, en gouden en houten versieringen wandelen. Je geraakt niet uitgekeken. Vooral de gedetailleerde en van tekst voorziene kruisigingsfresco achter de ingang is de moeite. Van in de koepel kijkt Jezus, omringd door engelen, me streng aan, het hand op de Bijbel. Verder in de Skoufa duikt het drukke Kolonakiplein op, niet ver gelegen van de Nationale Tuin, waar ik de dag voordien mijn tocht begon.
Op de trapjes die via met fraaie flora begroeide rotshelling naar boven klimmen, krijg ik een spontaan lentegevoel. Katten sluipen als tijgers door het oerwoud. Het zicht op de Acropolis, de zee en de Corinthische bergen is fe-no-me-naal. Hier zie je ook pas hoe uitgestrekt Groot-Athene is! Samen met een veertiger en een zeventiger beklim ik het laatste stuk. Het zijn twee Grieken, maar ze wonen nu in Montreal. De veertiger wijst naar een havik, die in een spiraal van warme lucht steeds hoger zweeft. Hij moet voortdurend zijn enthousiaste metgezel in toom houden. "Slow, George, slow! Take it easy, we have all the time. Don't knock yourself out." De witte kapel die op de top prijkt, is gewijd aan de vrome naamgenoot van de man, de heilige Georgius. De klokkentoren is besmeurd met lelijke graffiti. In de verte ligt het Lycabettustheater. Het Sint-Joriskapelletje is van binnen magnifiek beschilderd, op de typische orthodoxe wijze. Verschillende afbeeldingen van de drakendoder worden vroom gekust.De oude man die toezicht houdt, slokt zijn lunch naar binnen. En dan weer aan het werk. Ondertussen brandt George een kaarsje.
Weer buiten reikt mijn blik tot Piraeus, een ver vooruitzicht op wat er volgt. Daar sta ik één uur later. En dat en de overige dagen van mijn trip, kan je in deel twee van dit verslag lezen.
Beetje eng nieuws ook vandaag. Slechts enkele uren na mijn vertrek uit Athene is het erg hard beginnen regenen en is er meer water gevallen op één nacht dan normaal in de maand februari - hun ergste maand - valt. Daardoor zijn verschillende rivieren buiten hun oevers getreden, wat voor rampzalige overstromingen heeft gezorgd. Straten zijn beken geworden. Verschillende mensen zaten vast en moesten uit benarde situaties gered worden, en één jonge vrouw is omgekomen. De stroomvoorziening is uitgevallen en het metrosysteem ligt plat. Ik mag niet denken aan al die daklozen, die nu nog meer lijden dan voordien. De foto's zijn hallucinant. Ik ben heel blij dat ik hier net aan ben ontsnapt...
Bron: De Standaard
Geen opmerkingen:
Een reactie posten