In zijn nieuwe boek Waarom De Superrijken De Wereld Niet Zullen Veranderen verzucht Anand Giridharadas
dat, ondanks alle innovatie en vooruitgang, de minderbedeelden het nog steeds
niet beter hebben. De kern van zijn betoog is dat de rijke weldoener een
problematisch gegeven is. Vaak gaat het vooral om image-building en er blijft
onderweg te veel geld aan hem of haar kleven. Ook is de vrijgevigheid altijd
volgens hun eigen voorwaarden, want waarom zouden ze het risico lopen dat de
innovatie henzelf schaadt? Filantropie die vooral de elite zelf, die hij
MarketWorld noemt, dient te beschermen is misschien wel goedbedoeld maar vooral
ook inefficient.
In zijn inleiding linkt hij dit fenomeen aan
populisme en zijn beste voorbeeld, Donald Trump, die zowel een onthuller als
een profiteur is van de status quo. Hij slaagt er als geen ander in om volkswoede
op te kloppen en die vervolgens te richten op de kwetsbaarste Amerikanen. Dit
is een vertegenwoordiger van de elite die zich vermomt als een rebel tegen de
elite. En het werkt. “Het enige dat nog beter is dan geld en macht in handen
hebben, is de pogingen in handen te hebben om geld en macht anders te
verdelen”, zo stelt Giridharadas. De elite zit zowel op de eerste rij als in de
beste positie om dat zo te houden.
In het boek volgen we het levenspad van een handvol
gedreven altruïsten in hun dilemma’s, van de wieg tot hun verpletterende
successen. Sommigen van hen laten zich overtuigen en overtuigen zichzelf om de
wereld van het grote geld te betreden en zo de vaardigheden te leren om net die
mensen te helpen die door die wereld in armoede zijn beland. Langzaam maar
zeker blijkt dit ijdele hoop en wordt de wereldverbeteraar in spe zelf
onderdeel van het systeem, door groepsdruk, de bedrijfscultuur en
zelfmisleiding. Hierbij moet deze voortdurend vechten tegen het stemmetje in zijn
of haar hoofd dat fluistert dat er nog steeds niets is veranderd.
Want dat zijn de waarden van MarketWorld, dingen
veranderen zonder iets te veranderen. Het win/win-paradigma geeft deze
verlichte elite waar voor hun altruïsme: door goed te doen kunnen ze er zelf
ook nog voordeel uit halen. Enkel door de Syrische humanitaire crisis als
verdienmodel te presenteren krijg je MarketWorld geïnteresseerd om hun
kapitalistische steentje bij te dragen. De rijke weldoener kan blijven leven
als voordien en kan er een stukje schuldgevoel voor inlossen.
Giridharadas legt enkele denkfouten in deze visie
bloot. Zo helpt snellere software ontwikkelen om iedereen productiever te maken
de minderbedeelden niet in een tijd waarin de productiviteit stijgt en de lonen
bevriezen, althans die van de gewone mens. Dit win/win-isme linkt de auteur aan
oude, meer gematigde theorieën zoals de onzichtbare hand en het
doorsijpeleffect. Filantrokapitalisme als de beste manier om de wereld te
verbeteren afschilderen, is misleidend. Het geloof dat, om optimaal te kunnen
goeddoen, de elite geen strobreed in de weg mag worden gelegd, doet juist
afbreuk aan het beeld van een gelijkere wereld. Hoe meer innovatie,
technologie, start-ups, hoe minder leed – zo werkt de maatschappij nu eenmaal
niet.
Naast een aantal blinde vlekken heerst ook de idee
dat maatschappelijke verandering altijd voordelig moet uitdraaien voor de
winnaars. Op die manier wordt filantropie net een middel tot een doel, namelijk
nog meer geld voor de superrijken. Het win/win-isme dient dan vooral het eigenbelang,
en van goeddoen is eigenlijk amper nog sprake, want een groot deel van de
behoeftigen valt hierdoor uit de boot.
Het is niet zo moeilijk voor een MarketWorlder om
de toekomst in zijn of haar richting te duwen. Vooral Silicon Valley zou goed
hebben geleerd om, door trends in de pijplijn te voorspellen, zélf die trends
door de pijplijn te duwen. Als je mensen bewust maakt van wat er volgens jou
staat te gebeuren is de kans niet gering dat ze hun leven zo gaan inrichten.
Het is een sluwe en doeltreffende manier om je eigen doelstellingen te framen,
en om jezelf als rebel te framen die strijdt tegen de heersende macht, en niet
als de macht zelf – zoals we zagen bij Donald Trump. Hoe groot de macht en
rijkdom van durfkapitalisten ook worden, ze blijven zichzelf zien als de kleine
man en hanteren taal die doet denken aan burgerrechtenbewegingen, wanneer ze
vakbonden en sociale wetgeving afbreken. Lichtjes gênant.
Giridharadas verwoordt het voortreffelijk: “Als je
aanvoerder nog altijd de baret draagt uit het rebellenleger, is dat iets om je
zorgen over te maken.” Zelfs wanneer bedrijven als Uber en Airbnb dan door de
gewone man voor de rechter worden gedaagd, gedragen ze zich als rebellen, zich
compleet onbewust van hun morele taken als machthebbers, waarvan ze beweren die
niet te zijn. In plaats van de mensen te helpen die uit de boot vallen, zou
MarketWorld meer ongelijkheid creëren, net omwille van het schizofrene karakter
van technologie: zowel democratisch als feodaal. Dat kan anders, door die
platforms, meestal in het bezit van een heel beperkte groep van heel rijke
investeerders, écht te democratiseren en burgers hun eigen platforms te laten
ontwikkelen.
Een andere manier van de elite om de status-quo in
stand te houden is om, bij problemen op wereldschaal zoals de klimaatcrisis en
armoede, het belang van hoop te benadrukken en met suggesties op de proppen te
komen om met deze problemen te leren leven, in plaats van ze op te lossen en de
daders op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Hoed u voor wie zegt, “Ik ben
ergens voor, niet tegen.” Zo hebben opinieleiders, goed betaald door de elite,
het aanzien overgenomen dat intellectuelen genoten. Ook nieuwe ideeën,
verspreid via TED Talks, krijgen dus de stempel van MarketWorld en worden
uiteindelijk propaganda van het grote kapitaal, zij het in een trendy jasje.
Een lichtend voorbeeld is Amy Cuddy, een
feministisch denker, wiens lezing over powerposes enkel viraal ging omdat ze er
de scherpe randjes had afgeveild – weg haar argumenten tegen het patriarchaat,
weg de kans op structurele verandering door haar publiek wakker te schudden.
Toen ze alsnog haar focus verlegde van slachtoffer naar dader van seksisme,
werd ze zelf slachtoffer van weerzinwekkende vrouwenhaat. Simon Sinek
daarentegen schept poen door een generische, hapklare en rendabele boodschap te
verkondigen, helemaal in de lijn van MarketWorld.
Ook de idée fixe dat je door versplinterde
protocollen te leren al aan liefdadigheid doet, remt echte verandering af. Wie
het vermogen heeft om problemen op te lossen, kan die ook definiëren en
daardoor andere invalshoeken verdringen. Het versplinteren van die problemen in
subcategorieën verschuift de aandacht weg van het grote geheel. De ‘fix
it’-mentaliteit uit het bedrijfsleven verkiest snelle oplossingen, maar zo
zitten structurele problemen nu eenmaal niet in elkaar. Oplossingen dreigen zo
een verlengstuk van het probleem te worden.
En wanneer liefdadigheid een bedrijfskarakter
krijgt, via foundations, kan filantropie paternalistische trekjes krijgen. De
overtuiging dat de rijken niet moeten inleveren want dat ze sowieso zullen
teruggeven aan de samenleving is niet noodzakelijk goed nieuws voor de
minderbedeelden. Gulheid zou geen vrijgeleide mogen zijn.
Tot slot neemt de auteur de elitaire globalisten
onder vuur, die met privé-feestjes waarop ze de wereld willen redden, totaal
van die wereld vervreemd blijken, en zo bijdragen aan de volkswoede en het
wantrouwen. Ook hier heeft Donald Trump handig op ingespeeld bij de
verkiezingen. Populisme gedijt namelijk goed in zulke tijden, en zijn
tegenspeler Hillary Clinton was de perfecte booswicht om hun woede op te
richten.
Wanneer MarketWorld dan eindelijk de vraag durft te
stellen, “Ligt het misschien aan ons?”, moet een paneldiscussie, waarop enkel
globalisten zijn uitgenodigd, het probleem oplossen. Zelfs wanneer de elite er
iets aan tracht te doen, zit ze vast in weinig doeltreffende en
ongeloofwaardige oplossingen die elitair, exclusief en haast antidemocratisch
zijn. Het is frappant hoe op dit debat, waar iedereen het met elkaar eens is,
zowel de koningin van Jordanië als de CEO van Western Union, uithalen naar de
politiek – alsof het probleem altijd al daar heeft gelegen. Nee, deze
kosmopolieten regelen hun zaakjes liever zonder democratisch verkozen
pottenkijkers. Wat te denken van zogenaamde wereldverbeteraars die publieke
problemen het liefst in gouden achterkamers aanpakken, en volgens hun
voorwaarden?
De kern van het probleem is volgens Dani Rodrik – geciteerd
in het boek – dat, in de geest van internationale samenwerking en ondernemend
wereldburgerschap de elite zich distantieert van de burger, wat leidt tot
verlies van vertrouwen. Dit schept dan weer een broeihaard voor populisme en
nepnieuws. MarketWorld promoot zaken als globalisatie of feminisme voornamelijk
uit eigenbelang, aldus Giridharadas. Echt feminisme ga je in hun kringen nooit
tegenkomen. Enkel bij hun veilige versie valt geld te rapen: activisme voor
commerciële doeleinden.
De verhalen in het boek zijn niet zelden
meeslepend, van het weerzinwekkende seksisme waar Amy Cuddy meet te maken krijgt
tot de honderdduizenden overdosissen door pijnstillers omdat de Sacklers
regulering bestrijden om geen miljoenen mis te lopen. Ze zijn ook wel eens
doorspekt met tegenstellingen. De argumenten die de interviewees gebruiken om
hun situatie en gedrag goed te praten, zijn vaak van een verknipte logica. Opmerkelijk
is bijvoorbeeld dat Bill Clinton, die zijn hele leven voor de politiek heeft
ingericht, nu private beslissingen promoot als de enige manier om de wereld te
redden, een haast absurde uitspraak voor een voormalige president van de
Verenigde Staten. Zijn geval van zelfmisleiding is, onder de vele getuigenissen
in het boek, misschien wel het meest frappante.
Pas helemaal op het einde van het boek verklapt
Giridharadas dat hij een insider-outsider is van MarketWorld. Van alle elitaire
fenomenen die hij bekritiseert, heeft hij zelf ooit deel uitgemaakt. Daar is
hij op tijd mee gestopt en nu waarschuwt hij de wereld ervoor. Tot slot is het
een morele kwestie. De elite is gefaald in haar poging de wereld te verbeteren
en heeft die voor een stuk zelfs onzekerder gemaakt. De ommezwaai gaat van
andere instanties moeten komen. Zijn boek is een spiegel voor MarketWorld, en
het is nu aan hen, zijn rijke lezers, om ermee aan de slag te gaan.
Deze long-read verscheen ook op Mirari en een beknopte recensie op Cutting Edge.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten