Voor de zomer in alle hevigheid losbarst, deden we nog gauw een editie van Ballonnenvrees op 2 juni. Die vond plaats in het piepkleine maar gezellige Washboard Art & Jazz Café, in het Oud Zuid, tegenover dat witte gedrocht van het Nieuwe Justitiepaleis. Op een klein podium, omringd door tot de verbeelding sprekende schilderijen van Johan Gysels opende Gert Vanlerberghe met twee nieuwe gedichten, waaronder de tekst die hij voor het studententijdschrift dwars schreef. Jong woordtalent Lieze Denckens beet de spits af met een pakkende tekst over de aanslagen in de naam van god waar we mee rond de oren worden geslagen. Een andere tekst moest aantonen hoe saai de gemiddelde zwemles is. In een expressief vertolkte tekst gebaseerd op een theaterstuk van Dimitri Leue leerde ze het publiek dansen op woordscherven.
In zijn korte gedichten gaat Simon Van Den Bergh voor een originele insteek wanneer hij de vaak vreselijke actualiteit met het dagdagelijkse leven verbindt, zoals de verkoper van de nachtwinkel die je elke dag ziet, of grapjes maken in de Albert Heijn, of ouder worden. Singer-songwriter Stijn Charpentier was in een vorig leven een rapper en kwam helemaal uit Eindhoven aanwaaien. Met zijn gitaar in de aanslag bracht hij een intiem maar krachtig onversterkt optreden. Zijn opzwepende nummers hadden de energie van zowel punkrock als reggae, één ervan was een moderne versie van Robinson Crusoë en in een andere gaf Stijn ons mee dat hij heel graag UFO's wou zien.Na de pauze was het aan Dries Van Doorn en die heeft duidelijk lak aan rond gevoelige onderwerpen heen te kousenvoeten. In een krachtige maar ingehouden performance opende hij met een moderne versie van een tekst van Paul Van Ostaijen waarin Marc 's ochtends de dingen groet - alleen gaat het hier om de meest notoire crimineel die België heeft gekend. Tijdens een tekst over slavernij sloeg hij zichzelf in het gezicht. Tot slot ging het over een vader die zich afvroeg wie zijn dochters zou ontmaagden. Kristien Spooren wist ons te charmeren en ontroeren met prachtige gedichten over vlinders en een paniekaanval. Haar huzarenstukje was een tekst over een vrouw op en een man onder de trein, waarin ze zorgvuldig en ingenieus de passagiers in de wagons beschrijft.
Als laatste kwam Kobe Ardui, ofwel Jakobistan, zijn EP Het Is Nog Nooit Blijven Regenen voorstellen. Openen deed de singer-songwriter uit Gent met zijn nieuwste single 'Leentje', en daarna volgde de rest van de EP keurig op volgorde. Voor 'Ze Loopt' vroeg hij zijn oud-bandlid Jakob erbij, die eerder die dag nog uit Leipzig kwam aanvliegen, waar hij opera studeert. In een vrij unieke soort van reünie brachten ze nog een smakelijke cover van Wannes Van De Velde en hun klassieker 'Lied voor de Pauze', ineens de reden waarom je Jakobistan altijd vlak voor een pauze moet programmeren.
Er viel weer heel wat talent op de open mic te spotten. Nina Eijlers won onlangs Capital Slam. Haar beklijvende tekst was in het Engels, over een vrouw die zich sterk moet houden. Marjan De Ridder had al heel de avond prachtige tekeningen gemaakt van de verschillende podiumartiesten en nu was het aan haar, met haar tekst over liefdesverdriet trainen. Liesbeth Dylst maakte haar podiumdebuut en dat deed ze voortreffelijk, met een knap gedicht over het gelukzalige gevoel na het vrijen. Willem Magits ging voor het experiment. Na een verhaal op basis van een twintigtal uiteenlopende trefwoorden die hem waren opgegeven, volgde er een korte tekst in een Engels, en sloot hij af met een intense improvisatie over Wilrijk, die hij liet opnemen. Een interessant schrijfproces. Gust Peeters had weer een vertaling van Leonard Cohen klaar en Sven de Swerts vuurde de teksten 'Rasters', 'Splinters' en 'Goud' op ons af, in zijn indrukwekkende theatrale stijl.
We gaan er maar liefst vier maanden uit en pas na de zomer zijn we er terug, met kort op elkaar volgende edities in Mechelen en Borgerhout. Heel graag tot dan!
Foto's: Gust Peeters & Moomer Foto
Geen opmerkingen:
Een reactie posten