Er zijn edities van Ballonnenvrees waar door de microfoon met geen woord over de actualiteit wordt gerept. Zelfs eerder deze week nog in Mechelen. En dan zijn er edities die druipen van het bloed. De mensonterende toestanden in Gaza, Soedan en Oekraïne waren vanavond zeer aanwezig in de woorden van de dichters. Maar er was ook genoeg absurdisme en drank om dat mee door te spoelen. Enivrez-vous! Met de liefde, als het van Can Dogan afhangt. Hij trapte de avond op gang met gedichten in het Nederlands en het Engels, zoals 'Vacuüm van licht' en 'Wetenschapsliefde', sereen voorgedragen, en sloot griezelend af met 'Dracula, het bloed dat door hem stroomt'. Kristieen Van Hee bezweerde haar millennialcomplex in een originele en grappige monoloog. Ze weigerde een naastgrijper te zijn.
Even bevlogen was de set van DC Jones, die gitzwarte boodschappen met grasveldjes van hoop met ons deelde, soms absurd, dan weer een levensles. Terwijl hij het gezicht van zijn ex in de sterrenhemel herkende, schreeuwde hij de woorden van zich af. Met 'Vissen in de oceaan' kreeg de performance een surrealistisch kantje en met 'Dode hond' mikte DC Jones op onze lachspieren. Perfecte timing. Dat de artiesten van vanalles zeer uiteenlopende stijlen aanboden, is een understatement. De Sloveense dichter Anamaria Varga haalde in een apocalyptische spoken word performance fel uit naar de bloeddorstige NAVO en de salonsocialisten van Fort Europa. Dit was een 21e-eeuwse 'Howl' van Allen Ginsberg, een generatiegedicht opengetrokken naar de belabberde staat van de wereld: de vluchtelingen, de armoede, de hypocrisie, het heterocentrisme, het staatsterrorisme. Lichamen regenden neer op ons geweten. "The future is post-empire", aldus Varga, en op het podium van Café Boekowski zagen we het imperialisme tot op de grond toe afbranden. Indrukwekkend.
In Irak zijn er geen Hollandse toeristen, wel stroomuitval, spookrijders en bombardementen. Joran Simoens ging op reis en bracht een humoristisch en pakkend relaas mee over de alomtegenwoordigheid van een vijand. Schuilkelders als massagraven. Een reisverslag waar we niet klaar voor waren en dat binnenkwam als een sneltrein. Ook Lennart Vanstaen schuwde de oorlog niet en deelde in 'Ik wil een kind zijn' de nostalgie naar kinderlijke onschuld die geen oorlog kent. Er waren ook luchtigere gedichten, zoals 'De vuilnisman en ik', en hij gooide er nog enkele grappige definities tegenaan, al moest hij die van 'nieuwsgierig' toch even uitleggen. En wat hielden we van het tik-en tokkelspel van Yentl Adams, haar verfrissende manier van gitaarspelen, speels en ontroerend, soms met backing track, dan weer een meezingmoment. Met haar vier goedgezinde, met country gekruide nummers, spon ze een knusse sfeer in het café. Alleen het kampvuur ontbrak.
Stanislaus Jaworski beet de spits van de open mic er helemaal af met een Afrikaanse vertaling van Hannelore Bedert. Helen Francis speelde voor de tweede keer in drie dagen op Ballonnenvrees, deze keer met twee knappe songs. Met Maike Bretschneider was het 'Afwachten', 'Volle Maan' en 'Ode aan de whisky'. Het gedicht 'Ontmoetingen in het wassalon' ging over haar duivenvrees. Gert Vanlerberghe las 'Je bent op dreef' voor, over een bezoek aan de barbier en een diep gemis. Lieven Indigne bracht songlyrics over generatieconflicten als poëzie. 'Surrealistische kus' van Olav van Heesch ging over een knipperlichtrelatie. Verder nog 'Wintergedachten', 'Vandaag ben ik klein' en 'Dichters van de dood'. Friso Woudstra had het hilarische 'Instru-mentaal' bij, over piano's overal. Ter afsluiting was er het duo Pierrette COffrée en Marc Gaij, hij op piano, zij aan de meeuwimitatie. Garantie op over de grond rollen van het lachen.
Bedankt allemaal, Boekowskianen en Ballonnenvrezers! We zien jullie op 9 maart en 27 april terug in Café Boekowski, terwijl ik een oplossing zoek voor de maandelijkse Mechelse edities. In maart staan we ook in het Cultuurcafé van Hoboken en vieren we 11 jaar Ballonnenvrees op Hedonismuz. Daar kan je hier tickets voor kopen!