Kijk hoe schuimbekkende golven
Als hongerige wolven
Portugal te lijf gaan.
Hoor hoe ze razen en scheuren,
Verscheuren van geulen,
En koppen als snijtanden
Wit als de dood.
De oceaan vecht en het fort
Biedt weerstand, dapper
In't midst van't gebries
Van de zee.
Kunnen de carnivoren hoger,
Heeft het land de strijd
Op voorhand verloren,
Heeft Neptunus heimwee
Naar 't slijk op het droge?
Hoe ver nog kan 't springtij
De rotsen doorboren,
Doorklieven met zeewier
En schelpen en water,
En teren op windkracht,
Broodnodige benzine
Die steeds kan gaan liggen,
Met pijn in de rug.
Het land haalt weer adem,
Maar de wolven komen
Steeds weer terug.
Zoals vorige zondag reeds gezegd kon ik de gedichten die je naar voor bracht wel echt smaken. Dit is er zeker een goed voorbeeld van, dat mij echt aanspreekt ... als 'kind van de Schelde', die af en toe ook wel woest kan doen, al is het dan nog de zee niet. En zelfs nu - nu ik al zoveel jaren weg ben uit die polder - zit ik nog vol 'saudade' naar die gelukkige kindertijd daar, toen we onbezorgd over dijken en door schorren, inclusief het 'Verdronken Land van Saeftinghe' liepen. Bedankt voor de aangename kennismaking en vele groeten!
BeantwoordenVerwijderenHier had ik blijkbaar nog niet op gereageerd. Merci Omer! Insgelijks.
BeantwoordenVerwijderen