donderdag 28 november 2019

Ballonnenvrees 27 november 2019

Nog eens een Ballonnenvrees in 't Werkhuys. We steken van wal met de pareltjes van Augustin Grenné. 'Gortepap', 'Papieren Lakens', 'Bolwassing'... zijn filmische gedichten die de luisteraar helemaal opslorpen. Ook zijn 'meeuwgedicht' (dat is ondertussen een ding op poëziepodia) 'Twee Katten' had hij bij. Van theateractrice Anse Venas krijgen we een ode aan de onbeantwoorde liefde: een gedetailleerd relaas van een relatie met een schrijver, ontroerend en herkenbaar tegelijk.
Bekvegter speelt meesterlijk met een verwijt dat hij wel eens krijgt, dat hij te negatief is. Zijn geestige analyse van de woordkunst is gelardeerd met blitzpuns, de woordspelletjes vliegen ons rond de oren. Zijn bevindingen: er is te veel kaf, show, vriendjespolitiek, en we willen te hard op elkaar lijken. De hele scene ligt aan gruzelementen wanneer hij de mic dropt. Martijn Nelen schiet altijd raak.
Schrijfster Sanne Huysmans, die twee jaar geleden debuteerde met haar roman Rafelen, bracht drie komische teksten. De eerste ging over Paul de octopus die voetbaluitslagen kon voorspellen, het tentakelorakel, en dat binaire keuzes comfortabel maar onbetrouwbaar zijn - leve de nuance. Dan was er haar filosofische dialoog over het brein en de vrouw en hoe nefast beide kunnen zijn. Tot slot betoogde Sanne dat soepeters ongelijk hebben.
De Nederlandstalige kleinkunstbands Tegen Beter Weten In en Jakobistan zijn geen onbekenden meer voor wie wel eens Ballonnenvrees (of andere podia) bezoekt. Met Enoewast? slaan de vier heren de handen in elkaar voor een geslaagd optreden waarbij liedjes en woorden elkaar afwisselen. Tussen de vele meezingers kwam Robin, Kobe, Wouter of Timo namelijk op de voorgrond voor een spoken-wordintermezzo. Nummers als 'Maneschijn', 'Hoezo' en 'Liefdeslied Over Petanquen' blijven het goed doen, en ook 'Zodat de Warmte Binnen Blijft' van Tegen Beter Weten In kreeg een refrein van Jakobistan. Mooie show, boys.
Van de open mic niets dan goeds. Eksters tekst was een explosie van culturele verwijzingen: van Brutus tot Tesla. Leen Verheyen las de gedichten 'Het Belichten Van De Randen', 'Genesis' en vier korte odes aan Jotie 't Hooft. Yanni Ratajczyk gaf ons 'Ruis', 'Er Is Nog Water' en 'Nachtbrakers'. Vanessa Daniëls schrijft al heel de maand november elke dag een gedicht en daarvan bracht ze onder meer 'Post Vitam', 'Hoog Water' en 'Banaal'. Van Gert Vanlerberghe kreeg ze daarvoor een sanseveria in de handen gestopt. Inside jokes op het podium brengen, we doen het iets te vaak. Gert had ook een meeuwgedicht bij, net als een tekst waarbij hij Lennon, Murakami en de Noorse black metal scene in een knoop legde.
Ook Gust Peeters had een Jotiegedicht bij van zichzelf en een topsporter waardig vuurde hij  vervolgens een supersnelle tekst op ons af. Van Kristien Van Hee kregen we een blokfluitauditie te zien en Hidde Moens kaapte de open mic voor een bizarre interactieve freestyle show. Er was poëzie, dat zeker, maar vooral de entertainmentswaarde lag hoog bij deze gedurfde try-out. Dat we allemaal superkrachten hebben, dat is waar, maar dat we vooral moeten samenwerken. Enkel schrijvers worden rijk, wie arm is, schrijft niet. Daar valt heel wat tegen in te brengen, maar zo deed hij ons wel weer stilstaan bij het feit dat wat ons hier vanavond allemaal gezellig samen brengt niet voor iedereen weggelegd is.
Bedankt iedereen die erbij was en er weer iets moois van hebben gemaakt. Binnen twee weken zijn we alweer terug met de laatste editie van 2019, en wel op 11 december in De Kleine Hedonist.
Foto's: Gust Peeters

zaterdag 23 november 2019

autumn song

I didn't mean to be a rooster
I didn't mean to tear the morning skies apart
was I your summer in the city
when we made love
did you mistake me for a bard

days are shorter now you hit the road
nights are bigger than they appear
in my rear-view mirror
awake I digest livers
aborted by eager eagle beaks
I drink the blood of soldiers
who died face down in dirty creeks

I didn't need to change the weather
just steal your sleep with a sad song
I lost my voice, I lost my feathers
I lost the right to make a wrong

donderdag 14 november 2019

Zolang hij tanden heeft

Tijd om dat literaire canon toch eens onder de loep te nemen. Dit verhaal schreef ik voor de literaire avond van Deux Ex Machina rond inclusiviteit, literatuuronderwijs en identiteit, op 26 oktober in Café Boekowski. De tekening is van Bert Lezy.

Die avond bogen de Brabantse reizigers Walewein, Karel en Elegast zich over de aanslag te Oostakker. Alle drie hadden ze het gevecht met de nachtegalen van de afgelopen avonden met lede ogen gevolgd. Hun verzen en liederen werden onverbiddellijk in de kiem gesmoord door een mythisch dier vol haat. Zowel bij het gezin van Paemel als in het vader-huis was het zwaar te keer gegaan. Alle vogels waren de kop afgebeten opdat ze nooit nog een apocriefe noot zouden zingen. De bewoners van de Kapellekensbaan waren ten einde raad.

Gewapend met wolfijzers en schietgeweren begonnen de drie geuzen aan hun queeste, vastberaden de beest te vinden en te doden. Nooit meer slapen voor het einde van hun missie, echt aanlokkelijk was het vooruitzicht niet. En waar zoeken? De vleesgeworden Lucifer kon zich overal schuilhouden, in parken en woestijnen. Ook moest Walewein zijn mooie Mariken achterlaten, der nature bloeme.

Onderweg kreeg het reisgezelschap hulp van Lanseloet van Denemerken, de vierde reiziger en stille kracht van het heldhaftige gezelschap der dichtertjes. Trijntje Cornelis wou ook mee maar werd vriendelijk maar kordaat aanbevolen bij de haard te blijven. Zo ging dat in die tijd.

Ze zouden hem niet temmen, dacht menig pessimist. Vooral Walewein niet, voor wie het roofdier extra veel haat koesterde, meer nog dan voor Karel, Elegast en Lanseloet – al was die laatste ook niet van hier. Ook Max Havelaar, een Spaanse Brabander met slecht karakter, kon op weinig sympathie rekenen.

Een dwaallicht leidde het vijftal naar het eiland der ziel. Aldaar trof men de strijder Oeroeg aan, die in zijn eenzame oorlog tegen het gemaande monster best wel wat hulp kon gebruiken – al dat xenofoob geklauw kon diepe wonden slaan, met risico op gangreen. En zijn weinig potente strijdmakker Houtekiet was al op de brunchtafel van de beest beland.

En daar verscheen het ondier eindelijk, met veel loos gebrul, eerst als levend monogram, daarna in vlees en bloed: de leeuw van Vlaanderen, ook bekend als het verdriet van België. Na een schietgebedje in rijmsnoer tot Sente Servas – hebban olla vogala – zetten de vijf koene ridders zich schrap.

En zo vochten de poëten en de leeuw op leven en dood in de ast, en dat te midden van afgekloven karkassen – hier lag Elkers lijk, daar dat van Beatrijs, en ginds de overblijfselen van de vos Reynaert. “Zolang hij tanden heeft”, zong een Bart veilig van op een schone rots zijn leeuw tot aanmoediging. Zijn valse Vlaamse lied mocht niet baten. Al na luttele seconden stortte de zwartgeklauwde kat dodelijk gewond ter aarde. De Brabantse dichters juichten zich schor.

Op de geestelijke bruiloft van Walewein en Mariken van Nieumeghen vierden onze helden de overwinning op het kwaad. Een wafelenbak met trappist – veel trappist. Het gedempte archaïsche gescheld – dichters! uitvreters! titanen! idioten! – van de geknevelde en aan de boom vastgebonden Bart kon het feestgedruis niet bederven.

dinsdag 5 november 2019

De poenschepper-weldoener


In zijn nieuwe boek Waarom De Superrijken De Wereld Niet Zullen Veranderen verzucht Anand Giridharadas dat, ondanks alle innovatie en vooruitgang, de minderbedeelden het nog steeds niet beter hebben. De kern van zijn betoog is dat de rijke weldoener een problematisch gegeven is. Vaak gaat het vooral om image-building en er blijft onderweg te veel geld aan hem of haar kleven. Ook is de vrijgevigheid altijd volgens hun eigen voorwaarden, want waarom zouden ze het risico lopen dat de innovatie henzelf schaadt? Filantropie die vooral de elite zelf, die hij MarketWorld noemt, dient te beschermen is misschien wel goedbedoeld maar vooral ook inefficient.

In zijn inleiding linkt hij dit fenomeen aan populisme en zijn beste voorbeeld, Donald Trump, die zowel een onthuller als een profiteur is van de status quo. Hij slaagt er als geen ander in om volkswoede op te kloppen en die vervolgens te richten op de kwetsbaarste Amerikanen. Dit is een vertegenwoordiger van de elite die zich vermomt als een rebel tegen de elite. En het werkt. “Het enige dat nog beter is dan geld en macht in handen hebben, is de pogingen in handen te hebben om geld en macht anders te verdelen”, zo stelt Giridharadas. De elite zit zowel op de eerste rij als in de beste positie om dat zo te houden.

In het boek volgen we het levenspad van een handvol gedreven altruïsten in hun dilemma’s, van de wieg tot hun verpletterende successen. Sommigen van hen laten zich overtuigen en overtuigen zichzelf om de wereld van het grote geld te betreden en zo de vaardigheden te leren om net die mensen te helpen die door die wereld in armoede zijn beland. Langzaam maar zeker blijkt dit ijdele hoop en wordt de wereldverbeteraar in spe zelf onderdeel van het systeem, door groepsdruk, de bedrijfscultuur en zelfmisleiding. Hierbij moet deze voortdurend vechten tegen het stemmetje in zijn of haar hoofd dat fluistert dat er nog steeds niets is veranderd.

Want dat zijn de waarden van MarketWorld, dingen veranderen zonder iets te veranderen. Het win/win-paradigma geeft deze verlichte elite waar voor hun altruïsme: door goed te doen kunnen ze er zelf ook nog voordeel uit halen. Enkel door de Syrische humanitaire crisis als verdienmodel te presenteren krijg je MarketWorld geïnteresseerd om hun kapitalistische steentje bij te dragen. De rijke weldoener kan blijven leven als voordien en kan er een stukje schuldgevoel voor inlossen.

Giridharadas legt enkele denkfouten in deze visie bloot. Zo helpt snellere software ontwikkelen om iedereen productiever te maken de minderbedeelden niet in een tijd waarin de productiviteit stijgt en de lonen bevriezen, althans die van de gewone mens. Dit win/win-isme linkt de auteur aan oude, meer gematigde theorieën zoals de onzichtbare hand en het doorsijpeleffect. Filantrokapitalisme als de beste manier om de wereld te verbeteren afschilderen, is misleidend. Het geloof dat, om optimaal te kunnen goeddoen, de elite geen strobreed in de weg mag worden gelegd, doet juist afbreuk aan het beeld van een gelijkere wereld. Hoe meer innovatie, technologie, start-ups, hoe minder leed – zo werkt de maatschappij nu eenmaal niet.

Naast een aantal blinde vlekken heerst ook de idee dat maatschappelijke verandering altijd voordelig moet uitdraaien voor de winnaars. Op die manier wordt filantropie net een middel tot een doel, namelijk nog meer geld voor de superrijken. Het win/win-isme dient dan vooral het eigenbelang, en van goeddoen is eigenlijk amper nog sprake, want een groot deel van de behoeftigen valt hierdoor uit de boot.

Het is niet zo moeilijk voor een MarketWorlder om de toekomst in zijn of haar richting te duwen. Vooral Silicon Valley zou goed hebben geleerd om, door trends in de pijplijn te voorspellen, zélf die trends door de pijplijn te duwen. Als je mensen bewust maakt van wat er volgens jou staat te gebeuren is de kans niet gering dat ze hun leven zo gaan inrichten. Het is een sluwe en doeltreffende manier om je eigen doelstellingen te framen, en om jezelf als rebel te framen die strijdt tegen de heersende macht, en niet als de macht zelf – zoals we zagen bij Donald Trump. Hoe groot de macht en rijkdom van durfkapitalisten ook worden, ze blijven zichzelf zien als de kleine man en hanteren taal die doet denken aan burgerrechtenbewegingen, wanneer ze vakbonden en sociale wetgeving afbreken. Lichtjes gênant.

Giridharadas verwoordt het voortreffelijk: “Als je aanvoerder nog altijd de baret draagt uit het rebellenleger, is dat iets om je zorgen over te maken.” Zelfs wanneer bedrijven als Uber en Airbnb dan door de gewone man voor de rechter worden gedaagd, gedragen ze zich als rebellen, zich compleet onbewust van hun morele taken als machthebbers, waarvan ze beweren die niet te zijn. In plaats van de mensen te helpen die uit de boot vallen, zou MarketWorld meer ongelijkheid creëren, net omwille van het schizofrene karakter van technologie: zowel democratisch als feodaal. Dat kan anders, door die platforms, meestal in het bezit van een heel beperkte groep van heel rijke investeerders, écht te democratiseren en burgers hun eigen platforms te laten ontwikkelen.

Een andere manier van de elite om de status-quo in stand te houden is om, bij problemen op wereldschaal zoals de klimaatcrisis en armoede, het belang van hoop te benadrukken en met suggesties op de proppen te komen om met deze problemen te leren leven, in plaats van ze op te lossen en de daders op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Hoed u voor wie zegt, “Ik ben ergens voor, niet tegen.” Zo hebben opinieleiders, goed betaald door de elite, het aanzien overgenomen dat intellectuelen genoten. Ook nieuwe ideeën, verspreid via TED Talks, krijgen dus de stempel van MarketWorld en worden uiteindelijk propaganda van het grote kapitaal, zij het in een trendy jasje.

Een lichtend voorbeeld is Amy Cuddy, een feministisch denker, wiens lezing over powerposes enkel viraal ging omdat ze er de scherpe randjes had afgeveild – weg haar argumenten tegen het patriarchaat, weg de kans op structurele verandering door haar publiek wakker te schudden. Toen ze alsnog haar focus verlegde van slachtoffer naar dader van seksisme, werd ze zelf slachtoffer van weerzinwekkende vrouwenhaat. Simon Sinek daarentegen schept poen door een generische, hapklare en rendabele boodschap te verkondigen, helemaal in de lijn van MarketWorld.

Ook de idée fixe dat je door versplinterde protocollen te leren al aan liefdadigheid doet, remt echte verandering af. Wie het vermogen heeft om problemen op te lossen, kan die ook definiëren en daardoor andere invalshoeken verdringen. Het versplinteren van die problemen in subcategorieën verschuift de aandacht weg van het grote geheel. De ‘fix it’-mentaliteit uit het bedrijfsleven verkiest snelle oplossingen, maar zo zitten structurele problemen nu eenmaal niet in elkaar. Oplossingen dreigen zo een verlengstuk van het probleem te worden.

En wanneer liefdadigheid een bedrijfskarakter krijgt, via foundations, kan filantropie paternalistische trekjes krijgen. De overtuiging dat de rijken niet moeten inleveren want dat ze sowieso zullen teruggeven aan de samenleving is niet noodzakelijk goed nieuws voor de minderbedeelden. Gulheid zou geen vrijgeleide mogen zijn.

Tot slot neemt de auteur de elitaire globalisten onder vuur, die met privé-feestjes waarop ze de wereld willen redden, totaal van die wereld vervreemd blijken, en zo bijdragen aan de volkswoede en het wantrouwen. Ook hier heeft Donald Trump handig op ingespeeld bij de verkiezingen. Populisme gedijt namelijk goed in zulke tijden, en zijn tegenspeler Hillary Clinton was de perfecte booswicht om hun woede op te richten.

Wanneer MarketWorld dan eindelijk de vraag durft te stellen, “Ligt het misschien aan ons?”, moet een paneldiscussie, waarop enkel globalisten zijn uitgenodigd, het probleem oplossen. Zelfs wanneer de elite er iets aan tracht te doen, zit ze vast in weinig doeltreffende en ongeloofwaardige oplossingen die elitair, exclusief en haast antidemocratisch zijn. Het is frappant hoe op dit debat, waar iedereen het met elkaar eens is, zowel de koningin van Jordanië als de CEO van Western Union, uithalen naar de politiek – alsof het probleem altijd al daar heeft gelegen. Nee, deze kosmopolieten regelen hun zaakjes liever zonder democratisch verkozen pottenkijkers. Wat te denken van zogenaamde wereldverbeteraars die publieke problemen het liefst in gouden achterkamers aanpakken, en volgens hun voorwaarden?

De kern van het probleem is volgens Dani Rodrik – geciteerd in het boek – dat, in de geest van internationale samenwerking en ondernemend wereldburgerschap de elite zich distantieert van de burger, wat leidt tot verlies van vertrouwen. Dit schept dan weer een broeihaard voor populisme en nepnieuws. MarketWorld promoot zaken als globalisatie of feminisme voornamelijk uit eigenbelang, aldus Giridharadas. Echt feminisme ga je in hun kringen nooit tegenkomen. Enkel bij hun veilige versie valt geld te rapen: activisme voor commerciële doeleinden.

De verhalen in het boek zijn niet zelden meeslepend, van het weerzinwekkende seksisme waar Amy Cuddy meet te maken krijgt tot de honderdduizenden overdosissen door pijnstillers omdat de Sacklers regulering bestrijden om geen miljoenen mis te lopen. Ze zijn ook wel eens doorspekt met tegenstellingen. De argumenten die de interviewees gebruiken om hun situatie en gedrag goed te praten, zijn vaak van een verknipte logica. Opmerkelijk is bijvoorbeeld dat Bill Clinton, die zijn hele leven voor de politiek heeft ingericht, nu private beslissingen promoot als de enige manier om de wereld te redden, een haast absurde uitspraak voor een voormalige president van de Verenigde Staten. Zijn geval van zelfmisleiding is, onder de vele getuigenissen in het boek, misschien wel het meest frappante.

Pas helemaal op het einde van het boek verklapt Giridharadas dat hij een insider-outsider is van MarketWorld. Van alle elitaire fenomenen die hij bekritiseert, heeft hij zelf ooit deel uitgemaakt. Daar is hij op tijd mee gestopt en nu waarschuwt hij de wereld ervoor. Tot slot is het een morele kwestie. De elite is gefaald in haar poging de wereld te verbeteren en heeft die voor een stuk zelfs onzekerder gemaakt. De ommezwaai gaat van andere instanties moeten komen. Zijn boek is een spiegel voor MarketWorld, en het is nu aan hen, zijn rijke lezers, om ermee aan de slag te gaan.

Deze long-read verscheen ook op Mirari en een beknopte recensie op Cutting Edge.

vrijdag 1 november 2019

#NovemberBlogChallenge

Op een Antwerps filosofiefestival in september daagde Vitalski me uit om ook een blog te beginnen. Die heb ik natuurlijk al, maar hij bedoelt een even intensief gebezigde blog als die van hem. Al jaren post hij dagelijks wat hem bezig houdt, waar hij heen gaat, waar hij aan werkt en wie hij ontmoet - wat ontzettend veel tijd en energie in beslag moet nemen. Mijn eigen week wordt geplaagd door verplichte kantooruren - brood op de plank en zo - maar mijn vrije tijd is gevuld genoeg om er eens werk van te maken. Laat ik ineens met een lang weekend beginnen. Eén maand lang zal ik pretenderen dat ik een interessant leven leid.

1 november
Al voor de vijfde keer brengt een trein me dit jaar naar Oostende. De herontdekking van dit finis terrae werd ingeluid door het nieuwe boek van Koen Peeters, Kamer In Oostende, een ode aan de Stad aan Zee. Ondertussen ken ik de stand vrij goed. Ik lunch in De Grote Post, het modernistische gebouw van Gaston Eysselinck en lees in Waagstukken van Charlotte Van den Broeck, een boek over 'mislukte' architecten die zelfmoord pleegden. Het tragische verhaal van Eysselinck werd ook al beschreven in Kamer In Oostende van Koen Peeters. De ontmoeting tussen Charlotte en de Koenen wordt in beide dit jaar verschenen werken beschreven. Next level intertekstualiteit.

In stripstad Middelkerke kijk ik ontsteld naar de lege plek op de dijk waar ooit het casino stond. Ik geloof m'n ogen niet. De monumentale goktempel uit mijn jeugd is verdwenen. In het muziekcafé Barranquilla haal ik herinneringen op over hoe we hier in de jaren '90 vaak kwamen. Bij ons gehuurde appartement aan de Atlantikwall van Raversijde skateten mijn zus en ik toen over de dijk, naar Oostende, soms de andere kant uit, helemaal tot in Westende. Voor het eerst zie ik het beeld van Kiekeboe weer. Ik was er als kind bij toen het werd ingehuldigd. Merho tekende toen een ravissante Fanny vooraan in m'n stripboek.
Aan de vloedlijn observeer ik de grappige strandlopertjes en word even ingesloten door de zee. Ik kom er met een natte rechtervoet van af. Bij de Duinenkerk bezoek ik het graf van James Ensor, de man die de dood schilderde. Een jaar geleden stond ik met Allerheiligen aan dat van Hugues C. Pernath. Een ontluikende ontluisterende traditie. Aan mijn eigen doden probeer ik niet te denken.


2 november
In het M HKA loopt een tentoonstelling van Marcel Broodthaers, die onverkochte exemplaren van zijn dichtbundels in gips goot, waardoor het kunstwerken werden. Vorige week gaf Idris Sevenans nog een boeiende lezing hierover, die kadert in zijn bewustmakingscampagne om mensen te doen stoppen met lezen.
De haast dadaïstische en uiterst zelfbewuste werken van Broodthaers lijken absurd maar zijn eigenlijk heel politiek geladen. Alles is politiek en wie al te gretig met symbolen zwaait, is mogelijk als leider onbetrouwbaar. De 'gang van zaken' is altijd politiek bepaald en dus onderhevig aan verandering, aldus Broodthaers. Veel revolutionaire woorden, wij onthouden vooral eieren, mosselen, machinegeweren en menselijke beenderen.
Na de expositie schuimen Eline en ik de boekhandels van de Kloosterstraat af op zoek naar passende verjaardagscadeaus. Eline tikt een foto op de kop van het Atomium in aanbouw, vlak voor Expo 58. Dit nationale symbool deed Broodthaers altijd aan de verhaalwereld van Jules Verne denken. Uiteindelijk kies ik in De Groene Waterman voor Oracle Night van Paul Auster.
Vandaag verjaren mijn zus en mijn nonkel. Mijn goede vriend en gitarist Gert-Jan wordt over enkele dagen dertig. Waar anders dan in Tram 3, de nu al legendarische bar van Lizzie, kunnen we dat vieren? Ook van de partij zijn Tine, die een boek van Julian Barnes bij heeft, Carlos, van onze band KOALA, en Wim, drummer bij Gert-Jans rockgroep The Maydream, ook bekend als de man 'die me probeerde te vermoorden'. Het wordt een stevig nachtje drinken dat we traditiegetrouw eindigen in de Pallieter.
3 november
Vandaag dropt KOALA voor het eerst in acht jaar nieuwe muziek. Luister hier naar 'The Waves' en hier naar 'It's Just You And Me'. Op de nummers hoor je Carlos Dyckmans, Thomas Vertongen, Eme, Sem Phi, Notizz en mezelf.

Ondertussen stuurt Domien Holthof, van m'n andere project Veelvraat, nieuwe versies door van de nummers '--------' en 'Groeipijnen', waar we al maandenlang aan werken. Veelbelovend. Hou zeker onze vi.be-pagina in de gaten, want binnenkort verschijnen de finale versies daar.

Verder is het schrijven, koffie drinken, amper eten en de kater verbijten.

4 november
Het kantoor roept. De woeste roeper, voor wie hem kent, behoort ondertussen tot het Meirmeubilair. Ongelovige honden passeren hem, meer interesse in de etalages of hun smartphone. Zijn boodschap - in het Frans dan nog - in ook vandaag voor dovemansoren.

Ook mijn (maand)blog moet rubrieken hebben. Al enkele maanden lang post ik elke maandagmorgen een literaire tip op Facebook, 'Maandag Boekdag'. Vandaag is het aan de hallucinante klassieker De Oorlog van het Einde van de Wereld vaMario Vargas Llosa. Het boek blijft actueel. "Zo wordt de jarenlange vuile oorlog in Syrië, met heel wat spelers met conflicterende belangen, steeds meer de oorlog van het einde van de wereld, een oorlog die voor eens en altijd moest worden uitgevochten, met duizenden slachtoffers en een steeds minder veilige wereld als gevolg."


Ik geraak helemaal in de ban van Charlottes boek. Een goed verhaal heeft snel dat effect op mij. In dit geval gaat het om meerdere straffe verhalen. Elke dag lees ik over een nieuw bouwwerk en een nieuwe zelfmoord. Aangezien ik op een groot deel van de beschreven plekken ben geweest, kijk ik 's avonds meestal in m'n vakantiefoto's of het bewuste gebouw erbij staat. Ongelooflijk dat ik de Weense Staatsoper niet eens op m'n foto's terug vind.


's Avonds eet ik bij m'n vader, die deze week met zijn gezin op reis vertrekt naar Boedapest. Die stad ken ik zowat als m'n broekzak, dus ik overlaad hem met tips en nog eens tips.



Oorworm

5 november
Vorige week verscheen mijn recensie van Anand Giridharadas' boek Waarom de Superrijken de Wereld Niet Zullen Veranderen bij Cutting Edge. Een langere versie van het stuk kan je nu lezen op Mirari.

Lunchen doe ik met Niels, in een ver verleden mijn teamleader. Hij legt de laatste hand aan de muziekquiz die hij binnenkort organiseert en waar wij naar halfjaarlijkse gewoonte aan deelnemen. Vorige keer behaalde ons quizploegje goud. In de namiddag krijgt de Meirroeper twee agenten op bezoek. Na het werk trek ik naar het theaterplatform Opendoek, in de Zirkstraat, voor een mogelijke samenwerking in 2020. Daarna trek ik me terug in de weemoedige jazz van De Muze. Ik lees er over Villa Ebe en wou dat ik in Italië was.

6 november
We zijn vertrokken. Zowel Luminous Dash als DaMusic schreven lovende recensies over de twee nieuwe singles van KOALA. Lees ze hier en hier. Tijdens het werk luister ik naar de ep van Michiel Geluykens, Nederlandstalige liedjes met een straffe begeleidingsband.

Op café herkent iemand me van Ballonnenvrees. Ze vraagt wanneer de volgende editie is. Na een theetje - sinds het alcoholinferno van zaterdagnacht me nog steeds niet aan drank gewaagd - stap ik de paar honderd meter naar de Groenplaats. Daar heb ik met mijn moeder afgesproken. Het zal de derde keer zijn dat ik haar dit jaar zie. Zullen we er met kerst op de valreep een vierde keer van maken? De relatie is complex, moeilijk, niet vanzelfsprekend. Toch ben ik heel blij haar te zien. Voor de tweede keer deze week klinkt uit ouderlijke nieuwsgierigheid de vraag of ik al een lief heb.
Ik toon haar het cafépaleis dat Tram 3 is. Lizzie vertelt trots dat haar spaghetti bij de laatste vijf finalisten zit voor de lekkerste spaghetti van Antwerpen. Ze moet het onder meer opnemen tegen die van Den Trol in Schoten. Succes!
Even schrikken wanneer ik verneem dat er acht toeristen zijn neergestoken in Jerash, waar ik dag op dag een maand geleden was.

7 november
Nog voor ons gezellige kantoorontbijt zie ik een pakje op mijn bureau liggen. Daarin zit de bundel van 10 jaar Poemtata, een wedstrijd waarbij ik ooit een eervolle vermelding kreeg. Een recenter gedicht van me staat erin, naast vele grote namen. Ook zo goed als heel 10 op de schaal van Dichter staat met een of meerdere gedichten in de bundel.
Na de lunch rijden we in twee busjes naar Schaarbeek voor een teambuildingevenement in Koezio, ondergebracht in het winkelcentrum Docks Bruxsel. In twee teams zwoegen we ons een weg doorheen een avontuurlijk in-door parcours met ladders, opblaasballen, netten, hindernissen, strikvragen, zelfs een skateboard in de lucht. Team spirit en samenwerking zijn essentieel in onze poging 'special agent' te worden. Claustrofobie en hoogtevrees zijn de zwaarste uitdagingen, al is het ook ontzettend warm in die pakken. We worden uiteindelijk geen special agent, maar mijn team wint. De prijs is een fles prosecco, die zowel de winnaars als de losers meteen soldaat maken.

Terug in Antwerpen ga ik naar het optreden van Michiel Geluykens & De Kreten in de Cabron. Ik ben er special guest tijdens het nummer 'NMBS'.

8 november
Weekend. Jokko, huisfotograaf bij Studio Brussel, organiseert samen met het fotografiecollectief Wannabes een tentoonstelling in 252cc, ondergebracht in het kasteel Hof De Bist in mijn vroegere hometown Ekeren-Donk. Hier organiseerde ik bijna een jaar geleden Hedonismuz, het festival van Ballonnenvrees. In 2020 komt de tweede editie.

Eerst maak ik een wandeling in het decor van mijn jeugd. De straten zijn donker en griezelig verlaten. Herinneringen waaien door mijn bovenkamer als losse vellen papier wanneer een raam wordt geopend. Van op het 'paddeke' dat de door bouwwoede bedreigde Hoekakker doorkruist, kijk ik in de verte tegen de achterkant aan van de huizenrij die 15 jaar lang mijn straat was. Achter deze bakstenen horizon brandt en flikkert en raast de haven van Antwerpen. Verder is alles peis en vree, haast nostalgisch doods. Mijn oren snakken naar luide gitaren. Herashekken sluiten het pad van z'n ooit onafscheidelijke omgeving af. Paarden en schapen grazen en schijten hier al lang niet meer. De onschuldige charme vervelt met de jaren van deze plek. Ik herken haar van vroeger maar hier is elders nu.
Een trein raast over het spoor waar de ontknoping van mijn eerste roman zich afspeelt. Ik was fout daarnet. Lawaai was hier altijd al. Als bliksemafleider van een haast onmogelijke en ondraaglijke stilte.
Einde paddeke. Ik loop de Gravenlaan in. Het huis op de hoek van de Stadhouderslaan meen ik te herkennen. Het licht brandt in de keuken. Daar ben ik al eens geweest. Denk ik. Meer ramen waaien open in mijn hoofd. This is not my beautiful house.
In het kasteel ontmoet ik heel wat oude bekenden, van klasgenoten en chiroleiders tot jeugdhuismakkers en bevriende regisseurs. Veel muzikanten ook. Admiral Freebee. Lili Grace. Sleepers' Reign. Jokko is terecht geliefd bij de beste muzikanten die ons land te bieden heeft. De vrouw van de schepen van cultuur herkent me nog van Hedonismuz. Blij dat het koppel interesse heeft in de volgende editie. To the Bone speelt de pannen van het dak in het concertzaaltje boven. Onvervalste rock'n'roll. High Hi doet het met drumcomputer, gitaar en elektronica.
Het populaire garagepunkduo Equal Idiots speelt gans het kasteel en meteen het hele dorp de vernieling in. Pas bij het laatste nummer barst het publiek vollédig los. P-p-p-p-p-p-put my head in the ground. Het wordt laat.
9 november

(Genetisch Gemodificeerde) Oorworm

Een kleurrijke herfstnamiddag op de linkeroever van de Schelde. Voor de in stellingen en poëzie geharnaste kathedraal ligt het pompeuze cruiseschip Balmoral de LEZ te trotseren. De luchtkwaliteit is hier toch al finaal om zeep. Uiterst links de diamant van het havenhuis. Uiterst rechts de omgekeerde frietzak van het justitiepaleis. De stad past hier exact tussen mijn twee blinde vlekken.
Mijn wandeling rond het Galgenweel is een snelcursus biologie. Wilde bloemen, paddenstoelen, schelpen, futen. Regatta Beach ligt er verlaten bij. Ik ga op een van de brede zitschommels van Martini zitten en beeld me de zomer in. Een maand geleden lag ik op een Jordaans privé-strand aan de Rode Zee. De reismicrobe knaagt en ik ken de remedie.
In de Hoogstraat stuit ik op een pop-up store van de Antwerpse hip-hopgroep blackwave. Ik speel er het arcadespel 'blackwave. The Game'. Lekker oldskool. In Tram 3 proef ik dan eindelijk die wereldberoemde spaghetti, bij de vijf beste van Antwerpen.
In de bioscoop ga ik The Joker zien, van Todd Phillips, een ontroerend emancipatieverhaal over iemand die niet meer op zijn kop laat schijten :) In het gelijknamige café spreek ik met Gert-Jan af. Terminus Pallieter.
 
10 november
Al op de trein naar Kortrijk kom ik schrijver Robin De Cnaep - toevallig - en Didier Becu, opperhoofd van Luminous Dash - niet toevallig - tegen. Aan het station spreek ik met Yentl af. We gaan naar Sonic City, een driedaags festival voor alternatieve muziek, gecureerd door Shame en Cate Le Bon. Het is dag drie.
Verschillende bands geven het beste van zichzelf op drie podia. We zien Omni, Corridor en het onstuimige Squid, met hun speelse, eigenwijze sound. De stoere Ierse boys van The Murder Capital leggen de lat wat hoger. Tijdens 'More Is Less' springt zanger James McGovern mee in de genadeloze moshpit, terwijl de rest van de band het podium verbouwt.
Ook rapper Mykki Blanco bouwt een feestje tussen het publiek. Weinig artiesten blijven vandaag gewoon op het podium staan, ze zoeken voortdurend contact met het publiek, liefst zo dicht mogelijk. Zijn set eindigt in een wilde rave party waarbij de Amerikaanse performer zowat heel de zaal moet hebben gezien, tot hij met iedereen heeft gedanst. De goden van Deerhunter hebben met slecht geluid te kampen maar wij capituleren alsnog voor hun bloedmooie songs, zoals een kwartier lange versie van 'He Would Have Laughed'.
Blanck Mass - je weet wel, een van de helden die Fuck Buttons oprichtte - maakt smaakvolle noisetronics met operazang en grunts als toppings. De visuals achter zijn draaitafel zijn even meedogenloos als de muziek zelf. Er zit poëzie in de industriële verwoesting van trommelvliezen. Afsluiter en curator Shame brengt een van de wildste en uitzinnigste moshpits op gang die ik ooit heb meegemaakt. Overal waar ik kijk, wordt er gemosht, gecrowdsurft, gestagedivet - niet het minst door de rakkers van The Murder Capital. Op een gegeven moment wordt mijn bril tegen de grond geslagen. Ik moet uitbundige benen uit de weg duwen om hem heelhuids op te kunnen rapen. Uiteindelijk surft de piepjonge zanger Charlie Steen op de armenmassa, terwijl hij de longen uit z'n lijf schreeuwt. De eindloutering. De Londense band ontdekte enkele dagen geleden in IJsland dat hun pedalen waren gestolen, maar dat hield de punkband niet tegen om bijzonder hard Kortrijkse keet te schoppen.
Via Didier kunnen we een lift naar Gent regelen - dank aan het sympathieke koppel - en zo eindigen Yentl en ik nog in de Kinky Star, zowat mijn stamkroeg in 9000. De barvrouw is even enthousiast over Boedapest als wij. Benieuwd hoe mijn vader het daar gehad heeft trouwens.

11 november
Wapenstilstand. Royaal ontbijt. Koude regen. Koffie op de Oude Beestenmarkt. Dampoort. Een unicum: Ik zeg tegen een Gentenaar dat ik van Antwerpen kom en krijg géén afkeurende opmerking terug. Op het perron bots ik op dichter Reinout Rinus De Vos en uitvinder Vladimir Kaigorodov, van het podium Droef. Allerhande nieuwe uitvindingen worden bovengehaald, zoals hun lights of love, lichtgevende brillen, en een plant in een wijnfles. Ook zij moeten naar Antwerpen.
Het is weer Maandag Boekdag en mijn keuze valt op het hartverscheurende meesterwerk Beloved van de onlangs overleden Toni Morrison.

12 november

Oorworm/Nagenieten

Deze dinsdag is vermomd als een maandag. In een bar lees ik over Amerikaans kunstenaar-architect-zelfmoordenaar Starr Gideon Kempf. Het is het laatste hoofdstuk van Waagstukken. Tijd voor iets nieuws. Tussen romans door zal ik af en toe in De Zijderoutes van Peter Frankopan lezen, een vuistdik boek dat al enkele maanden op kantoor kampeert. Een kijk op de geschiedenis van de wereld die niet westers is. Verplicht leesvoer dus.
We dineren in een Aziatisch restaurant achter mijn hoek. Nu woon ik al bijna tien jaar in Pulhof en ik moet er al zo'n duizend keer zijn gepasseerd, maar het is de eerste keer dat ik een voet in Ikebana zet. Aanrader.

13 november
Enkele dagen geleden kondigde de nieuwe Vlaamse regering, de miskleun Jambon I, zware besparingen aan in de culturele sector, terwijl bedrijfssubsidies verdubbelen. Weg met Neo-Bokrijk, weg met de Vlaamse natte droom. Vandaag staakt de socialistische vakbond van De Lijn en laat kersvers minister Lydia Peeters aan de stakers weten dat ze zelf de uiteindelijke afbraak van De Lijn en privatisering van het openbaar vervoer in de hand werken. Het is tijd voor weerwerk.
De subsidies lijken het thema te worden van de novembereditie van De Sprekende Ezels, het vrijpodium van Stijn Vranken. Café Boekowski stroomt vol met dichters en muzikanten. Hier zit Hans F. Marijnissen, al jaren niet meer gezien. Daar Gust Peeters, Ekster, Natalie De Man, Bart Van Peer, Andy Fierens, Lieven Bax, Petra Van den Berghen... Bert Lezy tekent live: uiteindelijk is alles projectie. Woorden bevolken het podium, die van Inke Gieghase, Bob Bitchin', Johan Sebastiaan Stuer en vele anderen. Er is zelfs een soort van huwelijksaanzoek live op het podium. Je maakt wat mee zo tussen dichters en Domoor.

14 november
Cafés? Korsakov, De Muze, Muziekcafé De Kroeg, K. Zeppos, Cabron, Tram 3, Pallieter, ViaVia, Maurice & Dietrich, Bar Basil, Kinky Star, Café Boekowski.
Series? Better Call Saul, Black Mirror, Het Eiland, BoJack Horseman, Elementary, The End Of the Fxxxing World. Bonus: De Batman-trilogie van Christopher Nolan.
Veel Facebook. Instagram. Twitter. Tinder. Af en toe een droom.

15 november
Halverwege de blogmaand. Het is de laatste werkdag van Nora, mijn teamleader van het Hongaarse kantoor. Vaak zien de werknemers van beide kantoren elkaar natuurlijk niet, maar toch bouw je een band op met sommige mensen. We gaan haar missen.

's Avonds gaan we kegelen op de enige authentieke kegelbaan die Antwerpen nog telt. In de Kegelkluis vormen we twee teams, Gert-Jan in het winnende, en Tine, Hanne en ik hebben dat ook niet slecht gedaan. Het is net iets moeilijker dan bowlen omdat de baan de eerste paar meter heel smal is.
Kegelen met White Russians is even cool als bowlen zonder. De cocktails vinden we in Tram 3, zo voelen we ons toch nog een béétje Dude. We vinden ook Bob van der Leij, zanger van Paper James. We maken nog wat vrienden en belanden op het Mechelseplein. Daar komen we half hip Antwerpen tegen. Het wordt laat. Morgen ook.

De dansvloer is mijn biotoop niet. Maar vraag het mij morgen nog eens.

16 november
Laat opstaan. Maar ik heb toch de verkoudheid van me kunnen afschudden die me al enkele dagen plaagde. Dat heb ik wellicht aan een van de wondermiddelen van vannacht te danken. Ik verdenk de elixir d'Anvers, een van de vele drankjes die de revue zijn gepasseerd. Over zaterdag valt niet veel te vertellen. Ik bezoek Bibliotheek De Poort en eet een vettige Turkse pizza in de Driekoningenstraat.
Over zaternacht daarentegen... Bij schemering ga ik in goed gezelschap wodka-wandelen in het Nachtegalenpark. Daarna trek ik met een hele bende naar onze vaste afspraak London Calling, het uit de hand gelopen kotfeestje van indiegoeroe Olly Ameen in Ampere, de technotempel onder de sporen. Onder de notabelen zijn Chris Ceustermans en Geert Breës, allebei apostelen van de heilige Jean-Marie Berckmans. Ook Gert-Jan en Koen van KOALA zijn aanwezig, en verder de vaste crew Jeroen, Thomas, Bart Somers dj van dienst, en natuurlijk belachelijk veel bekenden en halve bekenden en van-waar-kennen-wij-elkaar-nu-weers.
De avond begint met twee steengoede coverbands, The Smiths Presumably en The obsCURE. Depressieve zelfmoordliedjes uit volle borst mee brullen. Daarna een wild feestje met veel 80s-muziek maar ook de vaste kliek van indierock anthems. We party hard. 'Till the early morning. En wat ziet iedereen er goed uit op de dansvloer.

17 november
Min of meer levend organisme. Ik geraak net op tijd opgekalefaterd voor De Peperfabriek, de poëzienamiddag van Diana Van Strijdonck, met een mooie line-up. Zo doneren onder meer Michiel Van Opstal, Gust Peeters, Hilde Keteleer, Wim Vandeleene en Yanni Ratajczyk hun woorden. In een ramenrestaurant word ik - minding my own business - herkend als de frontman van Veelvraat. En dat we dat lang niet slecht doen.
 
18 november
Vrije dag. Luie maandag. Wat Maandag Boekdag betreft, kan ik zowat alles van Paul Auster aanraden. Wie van een uitdaging houdt met een Bandersnatch-gehalte, wie graag vuistdikke boeken leest, wie een voorliefde heeft voor Bildungsromans met een metasausje, die zal weg zijn van Austers meest recente roman, alweer enkele jaren oud.

Oorworm
 
Op de valreep smokkel ik nog wat cultuur binnen op deze langzaamaandag. In het Maagdenhuis, het voormalige meisjesweeshuis, bekijk ik schilderijen van Antwerpse meesters, zoals Jacob Jordaens, Antoon Van Dyck en een portret van Nicolaas Rockox, mogelijk van de hand van Peter Paul Rubens. Twee spoken van Albert Szukalski sieren de authentieke binnenplaats, waar ook een acrostisch sonnet en een replica van de vondelingschuif onderdak vonden. Tot slot de tijdelijke tentoonstelling van De Vinken, beklijvende kunstwerken gemaakt door psychisch kwetsbare volwassenen.
In een koffiehuis lees ik Frankopan, over het credo van Nicea en hoe de late oudheid een historisch kruispunt was voor de geloofspreiding, hoe het christendom ook in Azië de dominante religie had kunnen worden. Een gemiste kans waar ik niet treurig om ben. Ik denk aan tijdreizen, vloeibare spiegels, het vlindereffect, terug gaan in de tijd om baby Hitler te wurgen. Ik krijg wat op papier voor een muzikale samenwerking in 2020.
Antwerpen blijkt weer één groot dorp, onderweg naar het Chinese restaurant waar ik met actrice Lisa Dierick heb afgesproken, kom ik de jonge rapper Joost Hoekaf tegen, met wie ik ooit de Lage Landen per Poëziebus afreisde. Deze weekendextensie had ik nodig. Morgen ben ik weer kantoormens.

19 november
Razend druk op kantoor. Dineren doe ik bij m'n vader en Sabrina, ook mijn zus Dorien is van de partij.

20 november
Meteen na het werk ga ik wandelen in het Middelheimmuseum, deze keer zonder wodka en gezelschap - al smaakt de chocomelk met amaretto in het kasteel voortreffelijk. Eigenlijk kom ik hier te weinig, en dit is basically mijn achtertuin. De symbiose van kleurrijke herfstbladeren en diverse sculpturen stelt nooit teleur. De meeste beelden ken ik al van toen ik nog heel klein was: Jef Lambeaux, Auguste Rodin, Alice Aycock, François Pompon (broer ijsbeer staat in Dijon), en natuurlijk Het Zotte Geweld van Rik Wouters, voer voor eender welke Vlaamse canon of spookbeeld daarvan.
Een embryonale versie van Disorientations zag ik al eens op een privé-concert/open repetitie op een zwoele zomeravond in een villa in Aartselaar, of all places, maar vanavond geeft de band van m'n vrienden Niels, Tomas (zie Melting Time, Lagüna, Diane Grace en consoorten) en Lukas z'n eerste officiële optreden in de Cabron. Gitzwarte postpunk die een minimum aan de verbeelding overlaat. Het concert is snoeihard, overrompelend, invasief.
De halve Antwerpse scene hangt rond in het café, met leden van Flying Horseman, Black Leather Jacket, Borokov Borokov, Bat Eyes & whatnot. Ik praat wat bij met dichter-zanger Hidde Moens, ook in een versie van een verleden samen op een Poëziebus. En kijk, de single is zo goed dat hij het schopt tot:

Oorworm
 

21 november
Terwijl er beneden een gezellig datingdiner aan de gang is - Lizzie's succesvolle formule Komen Daten - kunnen Dries en ik rustig op de zolder van Tram 3 vergaderen. Bij kaarslicht. Op 25 april mag ik een tweede editie van m'n festival Hedonismuz organiseren in 252cc, het culturele centrum van Ekeren. De lat ligt belachelijk hoog sinds vorig jaar. Dat had vooral met theatergezelschap Studio Bernadette te maken. Na de vergadering mengen we ons nog met de singles. Mijn vriend Jeroen had zich ook ingeschreven, en uiteindelijk wordt het nog sprinten om zijn trein te halen, een poging die komische effecten krijgt. Op de tram naar huis geraak ik aan de praat met een jonge vrouw en een oude man, die allebei van een boekvoorstelling van Dirk Verhofstadt terugkomen. Het wordt een heerlijk spontaan tramgesprek onder vreemden, zoals zo weinig gebeurt. Alle drie hebben we iets met literatuur.

22 november
Oorworm

Na een lunch in het veganistische restaurant Plant B (een chick'n panini) ligt het weekend binnen handbereik. Ik ben al bijna een maand m'n hele leven aan het bloggen maar Vanessa Daniëls doet nog straffer. Elke dag schrijft en publiceert ze één gedicht, die kan je lezen op Azerty Factor, het online platform van Creatief Schrijven.
Tine verkast binnenkort naar Brussel, dus geeft ze een afscheidsfeestje in Sous-Sol, het café onder Cinema Cartoon's. Van de partij zijn Gert-Jan, Charlotte, Hanne, verder dichter-theatermaker Max Greyson, kunstenares Zena Van den Block, schrijver Tiemen Hiemstra... 

23 november
Een uur voor sluitingstijd glip ik nog het Rubenshuis binnen, een 17e-eeuws palazzo met tuin, triomfboog en een indrukwekkende verzameling van schilderijen, bustes en kunstkasten in authentiek interieur, met als hoofdrolspelers Jordaens, Van Dyck en de meester zelf. In restaurant La Torre op de Oude Koornmarkt ben ik al een slordige tien jaar vaste klant. Dat heeft veel met hun uitstekende lambrusco rosso te maken.
Onderweg naar Borgerhout spreek ik even met Yanni op het terras van De Muze, hij treedt later op de avond op in JJ House, voor ZonderWolk. Ik fiets de bouwwerf van de Rooseveltplaats over, door de Lange Beeldekensstraat, voorbij Filmhuis Klappei, dat extra hard in de klappen moet delen van de rechtse cultuurkaalslag, voorbij de oude huizen van de Seefhoek en restaurants uit alle hoeken van de wereld, voorbij Stuivenberg en de 'zoutvatkerk'. In Bar Bakeliet blijf ik nog even plakken, alvorens me naar Trix te begeven. 
Daar spelen de Belgische rockbands Ampersand en The Geraldines, voor- en naprogramma van de Amerikaanse cultband The Sheila Divine. 'We All Have Problems' en 'Hum' zijn er bonk op. Sommige oude nummers worden begeleid door de oorspronkelijke gitarist. Die was toevallig in Parijs, dus hey, why not? De band blijft grappig genoeg meer populair in België dan in eigen land. De catchy refreinen schreeuwen Cornholio, van de online podcast Faar Out, en ik luid mee, van op de eerste rij. Ook Joran Jambé, van JJ Handshake, komt Diest nog eens buiten om de Amerikaanse rockband live te bewonderen.

24 november
Oorworm 

Zondag in Antwerpen. In De Zwarte Panter bekijk ik de drukke, expliciete schilderijen van lokale held Fred Bervoets. Op de Oever drink ik speciale koffie van Me & My Monkey, de sympathieke koffiebar van drummer Noah Melis, en laat ik de woorden tot me komen. Tijd om het verhaal van mijn manuscript verder uit te diepen. Al meer dan drie jaar werk ik aan de opvolger van m'n roman Nachtprater. Een mist trekt over de stad. Antwerpen maakt zich op voor de kerstmarkt. Een andere tijd breekt aan, de stad is amper nog herkenbaar als november. Het einde van de novemberblog ligt in zicht.

25 november
De laatste Maandag Boekdag op de novemberblog, die stilaan op z'n laatste benen loopt. Mijn recensie van de meest recente roman van Saskia de Coster was de eerste die op Cutting Edge verscheen.

Overmorgen is er de 72e editie van Ballonnenvrees, die vanmorgen door zowel schrijfster Sanne Huysmans als cabaretier Vitalski, tevens opstoker van de novemberblog, wordt aanbevolen. Door laatstgenoemde trouwens op zijn eigen blog. Kan het nog meer meta? (Misschien als Vitalski dit stuk copy-pastet en op zijn blog plaatst, maar waar zijn we dan mee bezig?)
Ik lunch bij Five Guys op de De Keyserlei, met Leela the Brave, die mee op reis was in Jordanië. Lees hier en hier alles over die reis. In De Zijderoutes ben ik trouwens aan de vroege middeleeuwen beland. Van de oproep van Urbanus II in Clermont tot de kruistochten en verovering van het Heilige Land. Op reis zagen we verschillende kruisvaardersburchten die getuigen van deze trieste periode van religieuze waanzin. Frankopan legt het allemaal haarfijn uit in zijn gedetailleerde werk.

En dan nog gauw wat struikreclame voor Brabo's Hand, waar ik mijn baard laat snoeien. Klaar.

Nee, wacht. Op aanvraag van Kris Verdonck: TETTEN!

26 november
Razend druk op kantoor. Het is alweer donker voor ik er erg in heb. Een paar jaar geleden was Café Ami een van de vaste locaties van Ballonnenvrees. Enkele jaren geleden werd het café een tapasrestaurant en het is nu pas dat ik er voor het eerst weer voet zet... in Bar Ami.
Ook in De Muze en Tram 3 gaan we aan het bier, en in Pardaf organiseert Niels zijn alternatieve muziekquiz. Thomas, Evy en Ben vormen de ploeg De Buis van Eustachius; Tine, Jeroen, Gert-Jan en ik zijn The Pink Beans. The Who en MGMT herkennen we, South en Drenge echter niet. William Golding weten we, James Dean Bradfields naam ontsnapt me. Gert-Jan vult vijf keer Rush in maar niet op de juiste plek. De Buis wint net niet, één puntje verschil. The Beans zijn zevende. Zoals altijd een gezellige avond en een steengoede quiz door patron Niels, groot muziekkenner.
27 november
Nieuw leesvoer scoren in de bib: Jan Cremer. Ik snak weer naar fictie. Bij Frankopan strand ik in de tijd van de Mongolen, de zwarte dood en Venetië. Morgen wordt dat laatste brokje geschiedenis iets tastbaarder want dan vertoef ik in de streek. Vanavond is het ook de 72e editie van Ballonnenvrees, in 't Werkhuys. Een kwalitatieve line-up en gezellige open-mic zorgen weer voor een topeditie.
Hier eindigt dit reguliere deel van de novemberblog. De rest van de maand valt in diverse verslagen van allerlei pluimage uiteen. Tijd om even te verdwijnen.

28-30 november
Tijd om even te verdwijnen.