zaterdag 27 oktober 2018

Flavours of the month

Autumn is here again. We have some nice music to listen to, including many songs that were inspired by post-punk. Let the gloomy season begin. There are some perfect Hallowe'en songs by Health. Whispering Sons, Fornet, The Twilight Sad, Kurt Vile also have two songs each in this list. Also, we're really excited about the comeback of The Good, The Bad & The Queen, Beirut and The Valerie Solanas, as well as the very first single of HUMO's Rock Rally winners The Calicos. Enjoy.


  1. Whispering Sons - Alone
  2. El Yunque - Siri, Please
  3. The Twilight Sad - I/m Not Here [missing face]
  4. White Lies - Time To Give
  5. The Good, The Bad & The Queen - Merrie Land
  6. Liars - Murdrum
  7. The Twilight Sad - Videograms
  8. Idles - Danny Nedelko
  9. Health x Soccer Mommy - Mass Grave
  10. Petite Noir feat. Danny Brown + Nukubi Nukubi - Beach
  11. Cloud Nothings - Leave Him Now
  12. Kurt Vile - Bassackwards
  13. Another Sky - Chillers
  14. Cosmic Super Weirdo - Never-Ending Confusing Morning
  15. The Calicos - Our House
  16. Beirut - Gallipoli
  17. The Valerie Solanas - I Can't Grow Up
  18. Fornet - Milk
  19. Whispering Sons - Waste
  20. Yak - White Male Carnivore
  21. Big Red Machine - Lyla
  22. The Prodigy - Light Up the Sky
  23. Butsenzeller - Voteshutupworkconsume
  24. Kurt Vile - One Trick Ponies
  25. Fornet - Winter
  26. Health x Perturbator - Body/Prison
  27. Dead High Wire - Laurel Canyon
  28. Shht - Masterpiece
  29. Pond - Sixteen Days
  30. Astronaute - Reeds

donderdag 25 oktober 2018

Ballonnenvrees 24 oktober 2018

Herfstig weer dus streek Ballonnenvrees neer in de gezellige sfeer van 't Werkhuys. Op het programma stonden minder bekende namen - dat mag ook eens - die ons wisten te verbazen met hun talig talent. Na een onstuimige versie van de tekst 'Momos' door presentator Gert Vanlerberghe besteeg de jonge schrijver Matthias Vangenechten het podium. De sfeer werd al gauw hyper-meta, met onderwerpen zoals nummerplaten oplijsten, de Duitse influencer Adolf Hitler, en de kwelling van het in onmin leven met je eigen verzonnen personage. Dat laatste is een beproeving die elke schrijver vast herkent. Uit Breda was er Louis van Londen, ook hij organisator, en wel van De Groene Fee. Zijn puike gedichten hadden verschillende thema's, en met name 'Was Ik Maar Je Kat' is ons bijgebleven.
Verder met Geert Simonis, 'de favoriete dichter van uw moeder', en zijn specifieke absurdistische stijl die het midden houdt tussen spoken word en comedy. Hij wond zich op over mensen die de albums van Kuifje in de verkeerde chronologische volgorde oplijsten, suggereerde dat de Ark des Verbonds vastgebonden in zijn kelder ligt, uitte zijn misnoegen over Pieter Embrechts' evocatie van De Jeugd Van Tegenwoordig, en vertelde hoe hij dankzij zijn Nokia nog in het verleden leeft, meer bepaald in 2010. Dan was er nog zijn 'gevonden gedicht' over elektriciteit' en de legendarische top 10 van zijn grootste angsten. In zijn slamtekst leefde Notorious B.I.G. nog en werkte deze in een bekende hamburgerketen. Het eerste deel werd afgesloten door de ontroerende poëzie van Karen Goethals, over stilte, over het strand, over sensuele handelingen. In plaats van bindteksten hielden puntdichten haar voordracht bij elkaar. Die was van een schijnbare eenvoud en breekbare schoonheid.
Na de pauze toonde de jonge dichteres Doreen Hendrikx haar kunnen. We onthouden vooral de lichtgevende metaforen, het bezwerende refrein "Pluk de bliksem uit de wolken...", en haar kleurrijke en rake tekst over vreten en niet mogen vreten. Haar slamteksten bestonden uit een mozaïek van boeiend binnen-, eind- en klankrijm, met een frisse en sterke voordracht als resultaat. Julius Spin kwam helemaal uit Zwolle gereisd voor een broeierig setje tot de verbeelding sprekende slam, rijk aan alliteraties. In zijn heerlijk 'brutale' stijl en een gedreven performance bulderde hij de nacht aan stukken. Thema's? Wat dacht je van Japanse cultfilms, artificial intelligence, hyperbolisch realisme en de nerdcode 1337.
Tijd voor meer prachtige poetry slam, deze keer op een bedje van zielsverheffende mondharmonika en besprenkeld met een positieve boodschap. Ebe Meynckens besteeg het podium als de piepjonge priester van het woord die hij is. Zijn optreden kreeg een haast spirituele dimensie. Tijdens zijn laatste tekst was heel 't Werkhuys zo goed als in trance. Je kon een speld horen vallen. Zijn muzikant Robbe Moortgat schrijft zelf ook en sloot hun duoset af met een tekst over een vervroegde midlifecrisis als 19-jarige en alles waar hij kwaad van wordt. Wij zijn onder de indruk van deze jonge artiesten.
Een tjokvolle open mic. Hier gaan we. Gert en zijn ceylonkroonaap warmden het publiek op met 'Aladdinges' en - jawel - publieksparticipatie. Kristien Van Hee sprak tegen haar handpoptherapeut over al haar persoonlijkheisstoornissen, erg geestig. Vanessa Daniëls was mogelijk de ontdekking van de avond, met haar laat-op-straatavonturen in sterke door nicotine vergeelde beatgedichten en overtuigende voordracht. Ze verklaarde de sanseveria als de hipste onder de planten (denk De Helaasheid Der Dingen) en stelde voor om Gerts apenpop 'Sanseveria' te noemen. Dan was er Nour, altijd ijzersterk. Sheila Rombouts stond voor het eerst op het podium, met persoonlijke Engelstalige teksten.
Johan Meesters, Zeeuws dichter, had de beklijvende tekst 'Het Ware Leven' bij, en verscheurde op het podium een gedicht van Louis van Londen. Sven de Swerts had sterke nieuwe teksten bij en zong na afloop 'Brand In Mokum' in kanon, samen met Gert. Het publiek moest uiteraard meedoen en dat liep geniaal fout af. Ruben had een geestig kortverhaal bij. Leo Bonjean bracht haiku's ten berde. Alec Lamberts hekelde de kaalvreters. Van William kregen we een amusante tekst op basis van een cartoon van Gary Larson. Baalmond vertaalde Mike Oldfield. Omdat het kan. Hij had ook een bijzonder woeste tekst bij. Akim A.J. Willems had zijn cyclus 'Spraakgebrek' bij.
U was geweldig, Borgerhout. Op 6 februari keert Ballonnenvrees terug naar 't Werkhuys. Eerst zijn er nog Mechelen (9 november) en Hedonismuz in 252cc, het cultureel centrum van Ekeren (30 november). Op dit heuse festival van Ballonnenvrees kan je onder meer Fortress, Oaktree, Zool. en Dean Bowen aan het werk zien. Doén!

woensdag 17 oktober 2018

Waarom ik niet opsta

Mijn neusgaten groeien zienderogen en de randen vertonen scheurtjes. Iemand heeft er zijn vuistdikke vingers in gestopt en peutert nu als een bezetene. Korsten van snot vallen tussen mijn voeten op de tegels. Ze vormen een cryptisch kattenbelletje, krioelen eerst nog als pissebedden over en door elkaar heen en vormen tot slot een gezicht, bloedkorstkleurig. De Waarschuwing. Ik voel mijn hart bonzen onder beide schouders. Twee duistere werkplekken verscholen tussen arm en zij. Ongebreidelde industriële manie. Mijn sleutelbeen als onvrijwillige schokdemper. Er wordt gesleurd en gehouwen aan mijn lichaam dat het een lieve lust is.


Het gezicht dat uit mijn neus is komen kruimelen is dat van een vrouw. Ze hoeft geen half woord te zeggen om mij te doen begrijpen dat de kwestie ernstig te nemen is. Ik weet dat ik niet slaap. Ik blaas haar weg als zand van een handdoek. Schud haar uit.


Vlugvooruit vierentwintig en ik ben een oceaan van plastic. Stil zoals mijn naam doet vermoeden, een mystieke westenwind bespeelt mijn zeewierhaar. De parasieten zetten hun rampkoers verder. Mijn besmette massa vermeerdert. Eureka. Voor mij graag een witbeer. On the rocks? Je kent me. Ik kom hier te vaak. Laat hem balanceren als een acrobaat. Koorddanser van het hoge noorden. En maar dansen. Zonder neusring. Zonder bezoldiging. Bezondering. Uitgezonderd zonderdakslui in roze limousines.


Waarom ik niet opsta. Mijn maag protesteert. Mijn slokdarm is een stuk lek geschoten rubber, druipend van verspild talent. De kernreactor in het holst van mijn lijf pruttelt en borrelt giftig gas als rooksignalen naar mijn brein. Welke tempel davert op welk plein? Sla een bres in de muren want er dient dringend een heilige tekst te worden geloosd. De opluchting blijft tintelen. Koortsachtig doorzoek ik mijn appartement. Ik vind stekkers en draden en breek verbindingen. Alle volt moet worden ontmoedigd. Onoplettende waaklampjes worden snel gesmoord. Ik struikel over de oorzaak van mijn nachtelijk gedrag. Na mijn roes = eerste werk een uitje naar de glascontainer. Er groeit een woud van lege getuigen onder mijn aanrecht. Morgen sla ik al mijn schaamte aan diggelen.

zondag 14 oktober 2018

Ballonnenvrees 12 oktober 2018

Ballonnenvrees hield vier maanden een zomerstop. Op 12 oktober waren we terug, met de zestigste editie, en was de zomer er nog steeds. Dat was niet de afspraak. Na zo'n lange pauze zo'n grote opkomst, daar kan ik als organisator alleen maar heel blij van worden. En dan heb ik het nog niet over de kwaliteit van de performers gehad.
Want die was weer torenhoog, en van een diversiteit die je niet zo vaak op andere podia ziet. Bijna letterlijk elke leeftijd die een mens kan hebben stond hier gisterenavond op het podium, van een baby van zeven maanden oud tot dichters die al geruime tijd op tram 7 zitten. Qua stijlen ging het van spoken word over stand-up comedy tot muziektheater en zelfs de term 'autistic metal' passeerde even.
De mede-oprichter van de Indische spoken-wordorganisatie Bullock Cart Poetry mocht de spits afbijten. Het was een eer om de jonge dichteres Priyam Redican in Café Boekowski te mogen ontvangen. Haar baby lag rustig tegen haar aan te soezen terwijl Priyam een ontroerend verhaal vertelde over Mr & Mrs B., een jong gezinnetje uit Mumbay, en een blauw vogeltje met een gebroken vleugel. Haar evocaties van verwoestingen door bulldozers waren sterk, en uiteindelijk bleek het concept 'decivilization' centraal te staan. Huizen afbreken om meer bossen te bouwen.
Evy Van Eynde had al geruime tijd niet meer opgetreden, en ze toonde dat ze dat nog bijlange niet verleerd was. Haar intense gedichten bol van de krachtige beelden werden geschreven "om een patat van een liefdesbreuk te doorworstelen", wat tot een "wispelturig verwerkingsproces" heeft geleid. We kregen onder meer 'Ergens', 'Overlevingsmechanisme: Pantser', 'De Dood Van Een Ster', 'Blijven Drijven', 'Ik Ben Een Sirene Op Sterk Water', 'Huis', 'L'Amour', en als afsluiter het 'stoute' gedicht 'De Hollander', waarbij Evy de wat sensulere tour opging.
Blij dat ik eindelijk Les Moretales, het Gentse dichterscollectief van Anna Perneel en Rinze Lich, in Antwerpen mocht ontvangen. Ze gaan altijd voor het experimentele, de tongue-in-cheek, en het is puur genieten van de lekker absurde dynamiek tussen de twee. Het komische duo hanteerde een heerlijk pathetische stijl in zang en woord, met op de achtergrond deuntjes uit een kinderkeyboard. Lachen geblazen.
Voor de pauze kregen we de Gentse singer-songwriter Jim Cain (een artiestennaam die Michiel door Bill Callahan liet inspireren) over de vloer. Zijn eerste nummer verhaalde over de kracht van boeken - toepasselijk te midden van dit boekenparadijs. Met de single 'For The Road' liet hij heel het café meezingen. Zijn nieuwste album heet It's All Here. Hieruit plukte hij 'What Else Can We Do?', op de piano, een nummer over het desastreuze jaar 2016 en over met Ed Sheeran worden vergeleken, en afsluiter 'It's All Here', waarbij hij de mondharmonika bovenhaalde.
Na de pauze kregen we van Anke Verschueren twee korte teksten die een gevoelige snaar wisten te raken. 'Sneeuw' gaat over wakker liggen van de wereld en dan door het donker gaan dwalen. 'Dolfijnenvlees' is opgedragen aan 'de bomma' en haar volkswijsheden. Wat een mooi eerbetoon. Shari Van Goethem trakteerde ons op enkele gedichten uit haar debuut Een Man Begraaft Een Boom. Het was haast nostalgisch om nog eens over die drie hurkende meisjes, die transistorradio en die vloer vol vrouwen te horen. De nieuwere teksten gingen over de zee en over mensen met pijn. Dat belooft mogelijk weer een straffe bundel te worden.
Veelvraat is een bevreemdende samenwerking tussen elektronicadokter Tom Tiest en poëzieman Gert Vanlerberghe. Hun mariage van knetterende electro en verwarde performance kreeg al snel iets jazzy, haast Lynchiaans. De opener 'Momos' wordt de eerste single, elegant én gestoord, catchy flarden muziek en een alarmerende tekst over overbevolking. Ook de kaasverslaving van de frontman werd erbij gehaald.
En dan de legendarische open mic natuurlijk, met meer inschrijvingen dan ooit. Toon Krijnen had enkele limericken en slimmericken voor ons. Peter Hens bracht steengoede comedy over snoozen en IKEA-stoelen. Femke Verschueren, zus van, verblufte gans het café met haar twee pianoliedjes en prachtige stem: over het goede in de mens (fuck die terroristen) en over hoe nerds elkaar versieren. Bijzonder breekbaar en dan weer erg grappig. Gerrit De Feyter brak een lans voor mensen met mentale moeilijkheden. We kregen onder meer 'By The Sea' van hem. Maike Bretschneider had enkele oude en nieuwe teksten bij, zowel in het Duits als in het Nederlands, hoofdzakelijk over haar verbondenheid met de natuur: haar klassieker 'Zwerfdroom', 'S.O.S.', 'Golven'... Jirosj pakte de Boekowski opnieuw in met een catchy Nederlandstalig nummer op de gitaar en mondharmonika, met zelfs een referentie naar Luc Bomans, of all people.
Dan oldskool homie Tryggve Bauweraerts met eerst 'Go With The Flow' en vervolgens de anti-politiektekst 'Tijd Voor Revolutie'. Deze man komt uit het tijdperk van toen Ballonnenvrees en You On Stage nog in hun kinderschoenen stonden, een welkome blast from the past. Als afsluiter droeg hij het kortste Nederlandstalige gedicht ooit op aan zijn vriendin. Dat zal wel voor vondelvonken gezorgd hebben. Silke Crols had een bloedmooi pianoliedje voor ons. De Turkse dichteres Müesser Yeniay bracht Turkse en Engelse gedichten ten berde, met een uitval naar het patriarchaat. Nour was weer heel Nour met een ijzersterke maar ook erg persoonlijke tekst. Slam op z'n best. Bij Bart Daems ging het over verslaving. Tot slot had Liza Willfrieda een fragment uit een monoloog bij, waarin ze erg geestig speelde met de metafoor van de vis en de haak.
We hebben er nog drie voor dit najaar:

24 oktober, 't Werkhuys, Borgerhout
9 november, bibliotheek, Mechelen
30 november, Hedonismuz, 252cc, Ekeren 

Foto's: Gust Peeters

vrijdag 12 oktober 2018

Momos

De ramen zijn dichtgespijkerd,
de muren horen, zien en zwijgen,
de buren geluidsdicht
met een gaatje in hun hoofd,
demper zodat niemand
de snelle exodus van hun ziel hoort.

Alleen als in een discotheek,
dronken zoals op kantoor,
dans alsof je pensioen ervan afhangt,
niemand die je ziet of hoort.

Je oefent de schande,
de ogen die branden.
Verbanning smaakt naar zand:
ze schuurt je keel rauw
en er koekt altijd wel wat aan.

Momos, de overbemensing
maakt jou niet zo gezinsgezind.
De aarde kreunt en bloedt
bij de oogst van een nieuw kind.
Het laatste taboe gekoesterd,
gekluisterd aan de borst
van elke vorst.

Walden, Berglund geketend,
pek en veren, een zotte hoed.
Dans alsof je pensioen ervan afhangt,
niemand die je vermoedt.

Confisceer een eiland,
verdwijn in een oerwoed.
De twistappel toont hoe het moet.
Democratie begon te rijpen
in de fruitschaal van Richter,
een demo van kraters en moed.
En nu ze zelf zowat aan diggelen,
Momos, doe ik het nog goed?

Bekijk hier de videoclip van 'Momos', de eerste single van Veelvraat.

woensdag 3 oktober 2018

Sri Lanka 15-30 september 2018, deel 3

Sri Lanka, deel 3: De rand van de wereld


Voor de ochtendwandeling in de hoogvlakte Horton Plains is het vroeg uit de veren. Aan het visitors center wordt de ochtend inge-luid door consonant gekwaak. We zijn wakker. We wandelen 9 km door de hoogvlakte, voorbij Baker's Fall en World's End, waar door de mist letterlijk enkel het Grote Niets te zien is, alsof dit echt de rand van de wereld is. Nec plus ultra. Bij Little World's End klaart het een klein beetje op. Bij helder weer kan je tot aan de kust zien. Nog verder is er enkel water, een halve wereldbol vol niets. De olifanten zijn hier al lang weg. Wel wonen hier nog luipaarden, maar die zien we deze keer niet. In de graslanden grazen grote sambarherten.
Na de middag rijden we naar het station Nanu Oya in Nuwara Eliya. We reizen derde klas naar Bandarawela. Verschillende passagiers hangen uit de trein. Plots vliegt er een zwaluw op Kee's schoot. Katja laat ze bij de eerstvolgende stop weer het raam uit.
In ons hotel is er een rooftop tranquil garden. Ik beklim de gladde treden en krijg een panorama over heel Bandarawela, om de paar seconden opgelicht door bliksem. Ik denk dat we dat Lion-pilsje binnen zullen drinken. Het is volle maan, dus 's nachts worden we nog een tijdje wakker gehouden door speciale ceremonieën in de lokale boeddhistische tempel.
 Het is opstaan met stralend weer en het vooruitzicht door de lokale rijstvelden te trekken en bij lokale inwoners van het dorp Kahagolla rijst en curry te gaan eten. We gaan op bezoek in een kleuterklasje, passeren verschillende boerderijtjes en knikken vriendelijk Ayubowan! naar de breed lachende landbouwers. De tocht is zwaar want met heel wat hellingen en bij drukkende hitte, maar die eerste slok van het frisse water bij de lunch van het gastvrije moslimgezin aan het eind van de klim smaakt dan net zo verlossend.
Na de overheerlijke lunch worden Igor, Nele en ik naar Ella gereden, een charmant stadje te midden van theeplantages en watervallen. Met de umbrella in Ella. Een hippe plek vol onderkoelde beats, wereldkoffie en cocktails op basis van arrack. Hipster's paradise ligt aan de voet van Little Adam's Peak. De regen deert ons niet. Dit is een klein beetje thuiskomen. Het One Love-geneuzel nemen we er met plezier bij. Terug in Bandarawela is er 's avonds karaoke.
's Morgens rijden we weer naar Ella. Zuidwaarts. Ella Gap is de kloof tussen Ella Rock en Little Adam's Peak. Vanaf hier begint het landschap kustwaarts te vervlakken. Ravena Ella Falls is onze tweede fotostop. We verlaten dit memorabele bergland en rijden naar Udawalawe National Park, in het zuiden van Sri Lanka. Hier is een olifantenweeshuis gevestigd, waar kalfjes tot vijf jaar melk worden gevoederd. Het opvangcentrum behandelt de olifanten met respect en liefde: geen kettingen, toeristen mogen er niet mee op de foto etc. Echt bijzonder om ze te zien eten en spelen. Eén van de dieren heeft een pootprothese.
Na de lunch gaan we op safari in dit prachtige reservaat en zien oosterse dwergooruil, Bengaalse varaan, Indische olifant, beo, ijsvogel, Smyrna-ijsvogel, buulbuul, witte pelikaan, damhert, waterbuffel, zilverreiger, Indische kuifarend, baardagame, malabarneushoornvogel, bontbekplevier, bijeneter, wilde waterbuffel, witbuikzeearend, groene parkiet, mangoest, wilde kat, Indische nimmerzat, blauwe reiger, lepelaar, krokodil, Indisch paapje, grijze wouw en een zwerm sterns.
Wat een beeld: kuddes olifanten en buffels voor een meer vol krokodillen en ooievaars met aan de horizon het bergland gehuld in onweer, af en toe een bliksemschicht. Wij zijn fan van dit park.
Verder zuidwaarts naar Tissamahara, aan het Tissa Wewa. Bezienswaardig zijn een handvol impressionante dagoba's. 's Avonds drinken we cocktails in het zwembad, met vliegende honden in de lucht en een hele keversafari in het water. Vakantie, ik zou er nog aan wennen. Aan de biljarttafel verbroederen we met de reisgroep van Lottes zus. Een goede nachtrust na heel wat drank. Vervolgens de lange rit naar het westen, die bijna de hele dag duurt, met enkele stops. In ons hotel ligt een Bengaalse varaan in de zon. De jarige Arthur gaat ermee op de foto en een Japans koppeltje vraagt of dit een krokodil is. In de bus zingen we voor Arthur en eten we taart.
Vlak naast de stoepa van Tangalle staat een hindoetempel met een groot kleurrijk beeld van Skanda, de god met de vele gezichten en de pauw als rijdier. Verder moskeeën en kerken, en oh daar is de oceaan weer. Die krijgt van Igor een groot applaus. Kort voor Matara is het zuidelijkste punt van Sri Lanka. Tussen hier en Antarctica is er niets dan water. Matara telt enkele Hollandse forten. Het meest bezienswaardig is echter dat van Galle. In Fort Galle komt de Gouden Eeuw weer helemaal tot leven: de Hollandse huisjes, kerkjes, steegjes, bastions, pakhuizen - inclusief een karakteristieke vuurtoren. Op de bastions spelen enkele langoerapen. Het Hollandse fort is bovenop dat van de Portugezen gebouwd.
In Midigama poseren enkele steltvissers voor ons. Daarna vertelt Wimal over de tsunami van 26 december 2004, die op enkele minuten tijd 50000 levens eiste in Sri Lanka alleen al. Een afgrijselijke klap voor het land. De economische kater was haast een even groot drama, met name voor de visvangst en de toeristische sector. Ons hotel met zwembad in Narigama, bij Hikkaduwa, komt meteen uit op de oceaan. Een bed aan de rand van de wereld. Dit badplaatsje is een surfparadijs. 's Avonds dansen we op het strand met de krabben tussen onze voeten.
Voor dag en dauw vertrekken we naar Mirissa. Vanuit het drukke haventje varen we uit naar open zee. Twee soorten dolfijnen (langsnuitdolfijn en langbektuimelaar) zwemmen in school voorbij onze boot, maar het hoogtepunt van onze whale-watchingtrip is de blauwe vinvis. Deze goedaardige kolos kan tot 30 meter lang worden en is zo het grootste dier dat ooit op aarde heeft geleefd - groter dan de dinosauriërs. We zien er verschillende zwemmen, hun minirugvin boven water, en plots diep duiken, met de staartvin in de lucht. Walvissen zijn altijd majestueus om te zien!
De rest van de dag vult zich snel met zon, zee, zwembad, koffie en Jonathan Franzen. Voor ons laatste avondmaal gaan we naar een gezellig restaurant in Hikkaduwa. Op onze laatste dag rijden we naar het noorden van Hikkaduwa. De zee is woest. Elders in de wereld razen orkanen en tsunami's, met vele slachtoffers. Het is bijna cynisch om het tsunamimuseum vandaag te bezoeken, met wat er nu in Indonesië gebeurt. Wat een krachtige en diep trieste foto's, getuigenissen, cijfers van de ramp van 24/12/04. De eigenares was ooggetuige en vertelt ons over deze tragedie. Eerst trok de oceaan anderhalve kilometer weg. Arme vissers begonnen haastig achtergebleven vissen te verzamelen. Twintig minuten later kwam een muur van zee met een ongelooflijke verwoestende snelheid terug en maakte al meteen duizenden slachtoffers binnen de eerste minuten. Achter het huis staan enkele graven.
We bezoeken een zeeschildpaddenopvangcentrum (Scrabble, anyone?) en leren over de verschillende soorten. Baby's en gehandicapte reptielen worden hier klaargestoomd om weer in het wild losgelaten te worden. Hun slaagkans in de natuur is vrij klein. De albino (wat een prachtig dier) moet blijven omdat zeeschildpadden nogal racistisch durven zijn. In de namiddag is het tijd voor afscheid. De groep vertrekt naar de luchthaven terwijl ik nog wat in da hood blijf rondhangen, tot mijn taxi arriveert.
In Indonesië loopt het dodental op. Aan onze kant van de Indische Oceaan blijft het bij razend water. Enkele hotelgasten gaan erin zwemmen maar krijgen de waarschuwing dat het gevaarlijk is. In onze stambar Top Secret hang ik nog wat rond met de Zweden die we de laatste dagen hier voortdurend tegen het lijf liepen, terwijl achter de rode vlag de oceaan als een bezetene te keer gaat. Dan volgt de storm, die meteen het moessonseizoen aankondigt. Tijd om te vertrekken.

Op de radio van mijn taxi naar de luchthaven speelt 'Another Day In Paradise'. Dat Aards Paradijs moet ik nu verlaten, net als Adam en Eva, de allereerste pioniers. Het is weer tijd om mijn plekje op de wereld te zoeken. De bo-boom moet ik er zelf maar bij bedenken.