De Baltische Staten, deel 3: Vilnius: blutsen en barok
Om 5u is het klaar dag en ondertussen is het opnieuw mooi weer. Toepasselijk begin ik bij de Aušrospoort, een bedevaardsoord dat 'Poort van het Ochtendrood' heet, met op de eerste verdieping een zeer geliefde Madonna. Ik ben moe maar dat is niet mijn voornaamste zorg, want ik heb mijn voet omgeslagen, en het lijkt vrij ernstig. Mijn wandeling voorbij de voornaamste barokkerken van de stad verloopt traag en moeizaam, maar ik heb tijd zat. Ik bereik een imposant artilleriebastion, met kazematten, niet ver van de Hemelvaartskerk op de Heilandberg.
Kreupel sleep ik me door de straten van Vilnius, voorbij de vele fraaie kerken. De roze Casimirkerk heeft een groene koepel met daar bovenop nog een vergulde zwarte 'kroon'. In de hoogbarokke Casimirkapel van de Dom woon ik kort een vroegmis bij. Naast het presidentieel paleis is er de universiteit, waar ik even binnenstap, al wordt me gauw medegedeeld dat het eigenlijk gesloten is.
In deze buurt moesten in 1941 de joden van de stad in mensonterende condities leven, en dat in twee kleine getto's. Al gauw werden ze door de nazi's naar concentratiekampen gestuurd, waarna de overgebleven joden in bombardementen van die getto's omkwamen. Totale vernietiging. Zo'n 220.000 Litouwse joden overleefden het niet. Een massamoord op gruwelijke schaal! Aan de Gaono gatvė 3 toont een plan hoe het 'Kleine Getto' was ingericht. Iets verderop stond de Grote Synagoge, die niet de Duitsers maar de Russen hebben afgebroken. In de Vokiečiu gatvė, de 'Duitse Straat', werkten eeuwen geleden heel wat Duitse kooplieden. Pas daarna, en tot aan de Tweede Wereldoorlog, werd dit het bruisende centrum van de joodse wijk van Vilne. Iets verderop staat de Nicolaaskerk, de oudste van de stad, uit de 14e eeuw. Hier was het 'Grote Getto', en waar nu het Jeugdtheater is, was het Gettotheater.
Vroeger waren er maar liefst 105 synagogen in Vilnius, maar er is er nog maar één van overgebleven! Het heeft een opvallende blauwe koepel. Ik mank door de wijk Senamiestis, maar pauzeer af en toe met mijn Auster in een koffiehuis, waar ik cappucino slurp tussen Frank Zappa look-a-likes. Die man is hier een legende en heeft zelfs een monument dat aan hem is opgedragen. Het is trouwens niet normaal hoeveel koffiebars er zijn in Vilnius... alleen al op de Gedyminasprospect... Die loopt uit op het Plein van de Onafhankelijkheid, met het parlement, dat in 1991, na een slachtpartij aan de televisietoren, werd bewaakt door 150.000 Litouwers. Gorbatsjovs tanks hadden genoeg aangericht en het leger rukte geen tweede keer op. De laatste stuiptrekkingen van de Sovjetunie in Litouwen waren een feit. In een prachtig bloemenperk staat een piramide met op alle vier de zijden een kaart van Europa die toont hoe groot Litouwen doorheen de geschiedenis was.
Bijzonder mooi zijn de laatgotische Anna- en Bernarduskerken. Voor Anna zijn er 33 soort baksteen gebruikt, en Napoleon zei ooit dat hij de kerk zo op zijn handpalm naar Parijs had willen dragen. Er begint net een mis, met weemoedig orgelspel en zang. Bernardus heeft dan weer fraai houtsnijwerk te bieden. Om de hoek is er het Shakespeare Boutique Hotel, waar elke kamer gewijd is aan een schrijver van weleer: Milton, Hugo, Byron, Lawrence... Ik bol uit in de gezellige drukte van de Pilies gatvė. Het was een prachtige dag, alleen jammer van die verrekte pikkel!
Ik slaap in de noordelijke randstad, bij Justina. Bij het ontbijt ziet mijn rechtervoet er nog gruwelijker uit dan gisteren, maar ik verbijt de pijn en reis per trein naar Trakai, aan het Galvemeer. Het stadje, met haar kolossale kasteel, was de allereerste hoofdstad van Litouwen, in de tijd van koning Gedyminas en zijn twee zonen. De aanblik van deze bakstenen burcht te midden van de meren roert de romantische ziel in mij. Tijdens een bezoek passeer je alle typische middeleeuwse elementen: van ophaalbrug tot wapenuitrusting (bijlen, kruisbogen, hellebaarden...). Het kasteel huisvest ook prachtige schatten, schilderijen, sculpturen uit de rijke geschiedenis van het land. Je leert ook meer over het leven van de Karaïten, die in dit merenlandschap leefden, en de geleidelijke restauratie van deze eilandburcht.
Terug in Vilnius bezoek ik een juweel van een godshuis: de Petrus- en Pauluskerk. Het barokke interieur is een explosie van emotie: 2000 bijbelse beelden, van angstige engelen tot grijnzende duivels. Impressionant. Op Pilies gatvė is er een chocoladerestaurant met een compleet chocoladesalon, inclusief open haard, diva, eettafel, kat en hond. Homer Simpsons natte droom. Het interieur van de Russisch-orthodoxe Heilige Geestkerk is ook om van te smullen. Justina en ik bezoeken deze naar wierook geurende tempel de dag nadien en geven onze ogen de kost aan de schitterende inrichting. Er liggen de lichamen van drie heiligen, en deze krijgen regelmatig een nieuwe outfit! Aan het riviertje Vilnia ligt de zelfverklaarde Republiek van Užupis. Deze kunstenaarswijk heeft een hilarische grondwet en de oevers van de Vilnia zijn bezaaid met bars, galerijen en moderne kunstwerken. Er is zelfs een knus bankje dat onderaan een brug is bevestigd, als een schommel. Je moet in het ondiepe, kabbelende water om erop te klauteren. Užupis is erg geslaagd als pittoreske artistieke wijk en natuurlijk ook een heel ludiek idee an sich.
We dineren in een schattig Litouws restaurant in mijn geliefde Pilies gatvė. Ik neem de verrukkelijke zeppelin: een zoete aardappel gevuld met vlees, en gerookte varkensoren als snack. Terwijl Justina twee andere gasten bij haar thuis gaat oppikken, geniet ik van deze stralende vrijdagavond op het Domplein. Het weekend doet zijn intrede, net als een handvol luchtballonnen die boven de kathedraal en de Burchtberg zweven. We schuimen enkele bars af met een intrigerende Georgische filmmaker, en een Turkse reiziger, en de regisseur en ik nemen een iets te diepe duik in het Litouwse nachtleven. Om 4u is het al licht, maar wij blijven gaan, in een extatische honger naar meer, en belanden met enkele dronkenlappen, waaronder een Leuvenaar, op straat, waar de meest absurde gesprekken ontstaan, en later in een taxi op de snelweg, rond 6u, waar enkele jongeren in een rijdende auto blijven feesten. Van al die avonden moest ik toch minstens één nachtje feesten, en dat is bij deze geslaagd. Vilnius heeft het weekend stevig ingezet en dat hebben we geweten.
Het zomert langs alle kanten in Vilnius. Een korte ochtendslaap en een cappuccino in het park helpen me er wat bovenop, maar de echte tol van de nacht is de pijn in mijn voet, die er na een nacht probleemloos op te dansen alleen maar is verergerd. Ik bezoek het voormalige KGB-hoofdkwartier en leer over het vreselijke lot van zoveel Litouwers na de inval van het Rode Leger en tijdens het partisanenverzet, een vuile oorlog. Ik duizel van de cijfers, die de doden tijdens het nazi- en het Sovjetregime weergeven. De Litouwse identiteit werd stelselmatig door de Russen afgebroken, en wie moeilijk deed, werd gedeporteerd naar Siberië. Met een krop in de keel bezoek ik de cellen, afluisterkamers, folterkamers, executiekelders en isolatiecellen. De foto's van dood en verminking spreken boekdelen. Dit volk heeft ontzettend geleden onder het communisme dat hen met harde hand werd opgedrongen. Sommige delen van het museum zijn zo intens dat ze me van streek maken. Dit is allemaal helemaal niet zo lang geleden. Dit gebeurt nog steeds, elders in de wereld, terwijl de rest van de landen de andere kant opkijkt. Machtsspelletjes tussen grootmachten maken zoveel mensenlevens kapot, en bezetting en deportatie mogen nooit stilzwijgend worden getolereerd, nergens en door niemand...
Nog uren hang ik rond in het centrum, tussen zwervers, hipsters en zwermen toeristen. De vrouwen zien eruit om op te eten, net als vannacht, maar ik kies toch voor een Engels ontbijt. Ik tref de twee heren van vannacht, de Turk en de Georgiër, op het Domplein en we doen nog een terrasje in de zon. Het is belachelijk mooi weer en daar moeten we van profiteren. Daarna is het vaarwel heerlijk Vilnius!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten