“Pak tandpasta want jouw mond stinkt zo hard dat ik bijna
in zwijm val”, brult Monica, alsof hij doof is.
“Is dat nodig?”, antwoordt Johan boos. “D’r kan ook wat
kauwgom in mijn mond, dan is’t toch ook OK?”
“Idioot, is dat ’n grap? Praat toch normaal, man, lukt
dat nog, ja?”
“’t Is al klaar, jij wint”, antwoordt hij.
“Fantastisch. Kom, ga nou maar, dat jouw kop ’n poos uit
m’n zicht is. Vooral als jouw mond zo ruikt. ’t Is vrij goor, Johan.”
“Wat uur is’t?”, vraagt hij nog.
Zucht. Nou is hij daar nog altijd. “Vijf voor acht”, is ’t
antwoord.
“Tijd zat”, lacht hij na ’n sprong in zijn sofa. “Ik
wacht nog ’n minuut of twintig, pal in jouw panorama. Aardig van mij, toch?”
“Maar wij gaan naar Duitsland. Daar haat ’t volk al wat
stinkt. Wat ook blijkt, jouw haar is warrig. Haal ’n kam! Jij lijkt op ’n aap.”
“Wat voor aap?”, grijnst hij.
“Gorilla, gibbon, makaak, baviaan, mandril, huzaaraap. Al
wat aap is, daar lijk jij nou op, nu dat haar zo warrig is”, is haar boodschap.
“’t Spijt mij, Monica. Nu wil ik ’n kus.”
“Niks daarvan, ik wil dat jij jouw mond wast. Pas daarna
praat ik voort. Vlug wat! ’t Is al acht uur. Dat is laat.”
Johan druipt af. Staart omlaag. Zij wint. Zoals altijd.
Een pluim dus voor Georges Pérec, die met zijn roman La Disparition een waanzinnige uitdaging is aangegaan, die hij met glans heeft gewonnen. En als u dit al straf vindt, bedenk dan ook dat deze roman de afgelopen vijftig jaar in verschillende talen werd vertaald, zo ook in het Nederlands. De vertaler Guido van de Wiel heeft er bijna tien jaar zijn hoofd over gebroken. Niet alleen moest de inhoud kloppen maar ook moest hij ervoor zorgen dat in zijn Nederlandse vertaling - een taal die geheel anders functioneert dan het Frans, maar vooral ook over een compleet andere woordenschat beschikt - geen enkele keer de letter e zou voorkomen. Het is hem gelukt. Denk aan 300 pagina's van het Frans naar het Nederlands vertalen, denk eraan dat de e in beide talen de meest gebruikte letter is en denk aan al die onontbeerlijke woorden in het Nederlands zonder de welke het wel erg moeilijk wordt om een tekst te schrijven (de, het, een, nee, je, me, en...). Je zou van minder duizelen. Maar het kan dus.
Pérecs vertalers hadden dus de extra moeilijkheid om trouw te zijn aan de brontekst. Hoewel de schrijver in de meeste gevallen het meeste denkwerk moet doen en de vertaler hem als een polyglotte papegaai napraat, lijkt me hier dat de opdracht voor de vertalers nog moeilijker was dan voor de auteur. Eens testen. Alleen al de laatste zin van mijn minidialoog naar het Frans vertalen, vergt best wat geblader in een vertalende woordenboek. Als we toch dicht bij de brontekst willen blijven, dan is een van de mogelijkheden de volgende:
Johan sort.
Battu. Monica vainc toujours.
Niet formidabel als vertaling, maar ook de vertalers zullen in alle gevallen de taal naar de strenge en onvermurwbare regels van het lipogram hebben moeten kneden.
Bij die stukken tekst waar de exacte betekenis semantisch veel minder van belang is, veel minder de doorslag geeft, kan de vertaler zich laten gaan en wat beginnen spelen. Zo wordt de lijst van apensoorten bijvoorbeeld:
Orang-outan,
gibbon, mandrill, babouin, patas, ouistiti.
Of de vertaler kan voor een heel andere diersoort gaan die geassocieerd wordt met warrig haar, want hoe vertaal je in godsnaam 'aap' zonder de letter e? Singe gaat niet, primate is geen optie, simien mag niet. Ook in het Engels wordt dat moeilijk met monkey, ape of primate.
Soms moet het gekkenwerk zijn geweest, maar de vertalingen zijn er, en dankzij deze meesterbreinen, wiens namen nooit zo bekend zullen worden als die van Georges Pérec, kunnen ook Duitsers, Italianen, Spanjaarden, Russen en Japanners met weinig of geen kennis van het Frans van dit huzarenstukje genieten.
't Manco werd in 2009 door De Arbeiderspers uitgegeven.
Meer over La Disparition en een lipogram over A zonder a kan u hier lezen.
Meer over La Disparition en een lipogram over A zonder a kan u hier lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten